HET EMERGENTE UNIVERSUM: EEN RECONSTRUCTIE
Gad nee, poëzie…! Zei ze op een dag1
Op 14 april van het revolutiejaar 1968 besluit de artistieke kern van progressieve intellectuelen in Amsterdam om gezamenlijk een kunstgedrocht te construeren dat laat zien hoe de vrije geest wordt verkracht door de gevestigde orde. Drie maanden later neemt het Holland Festival dit thema in de vorm van een moderne opera op in het programma van 1969, wat resulteert in de unieke uitvoering van Reconstructie, een moraliteit. Dat de opera daarna nooit meer is opgevoerd, wijst erop dat dezelfde revolutie maar één keer plaatsvindt.
Een halve eeuw later wordt de dreigende inperking van individuele vrijheid door het maatschappelijk bestel erkend (privacywetgeving) en tegelijkertijd laten individuen zich vrijelijk opslokken door het wereldwijde netwerk van de sociale media. Het verzet tegen de gevreesde betutteling is omgeslagen in een soort achteloze verontwaardiging. De heersende moraal belemmert zowel de afzijdigheid van een eenling als het tribalisme van een club.
Halverwege het derde millennium bestaat de mensheid bij gratie van de volledig geïntegreerde elektronische intelligentie en robotica. Geheel in lijn met de grote evolutionaire transities vormt Homo sapiens de opstap naar de nieuwe orde, Cyberium. Zoals eencelligen bestaan dankzij bacteriën en mensen bestaan dankzij cellen, zo bestaat Cyberium dankzij de mens. Cyberium staat voor de wereldwijde symbiose tussen mens en machine en heeft een eigen, planetaire identiteit. Het onderhoudt zich met andere cyberia in een onderbewust streven naar galactische eenheid, de volgende sport van de emergente ladder.
Zijn eerste droom van de zoete fee heeft hem nooit verlaten. De extase was zo overweldigend dat de kleine Huby Moontrap overeind schoot uit een zinnenprikkelend schimmenspel en zeker wist:
Ik ben het centrum van de wereld!
Het is een andere manier van zeggen dat God overbodig is. Hij besloot dat de waarheid slechts een kwestie is van woorden.
Als het emergente universum poëzie was, heette dit misschien de ondersteboven berg. De punt omlaag, het primordiale begin. De voet onzichtbaar, gehuld in oogverblindende nevels. Wij halverwege, op weg naar de toekomst.
Maar dit is geen poëzie, dit is de prozaïsche neerslag van een culturele beleving. Daarin is natuurlijk wel plaats voor gedichtjes, zoals ook kinderspel beslissend is voor een plezierige terugblik op je leven.
Het kriebelt soms, de rommel
om mij heen roept: ruim mij op!
dat stof afnemen is niet stom. Losse
eindjes, heen en terug staan-
de stapels, afgebroken
sterrenstof twee drie vier
voetjes in de lucht*
Waarom deze rijmelarij? Ach, je wilt het toch aan iemand kwijt?! Volgens sommige grappenmakers omdat het leven anders helemaal zinloos is. Voor de ware liefhebber is er altijd nog Leegte Lacht van Tonnus Oosterhoff, Bezige Bij, 2011.
Alles is in evenwicht, zelfs al staat het uit het lood. Een rondtollende gyroscoop staat op zijn punt als een ondersteboven berg (precies, net een draaikont). Hij valt pas om (door de zwaartekracht) als het tollen trager wordt. De rondtollende gyroscoop draait altijd om zijn as. In de natuur wordt de richting van de as gestabiliseerd door de draaibeweging. Dat is een natuurlijke wetmatigheid. Hoe sneller de draaibeweging, hoe groter de stabiliteit.
Met andere woorden, hoe langzamer de tol draait, des te eerder valt hij om.
Een andere natuurlijke wetmatigheid die je minder makkelijk herkent, is, dat bij het groter worden van een voorwerp (groei) de inhoud sterker toeneemt dan het oppervlak. Wiskundig gesproken: de inhoud neemt toe met de derde macht (p3), het oppervlak slechts met het kwadraat (p2).
Zulke onvermijdelijke wetmatigheden zijn van onmiskenbare betekenis voor ons bestaan.
In weerwil van zijn poëtische ambities gaat Huby geofysica studeren (een appartement in Oman of een hostel in Jaipur?). De wereld van beweging fascineert hem evenzeer als de Parnassus.
Zijn eerste opdracht bij El Instituto draaide om de vraag waarom men liever fantaseert dan redeneert. Of was dat soms niet waar?
Zolang mensen of hun dierbaren worden geveld door onbegrijpelijke ziektes, zolang machtswellustige medemensen hen onderdrukken en uitbuiten, zolang zij door willekeurig natuurgeweld worden bedreigd en zolang ellende een kalm en tevreden bestaan belemmert, zolang zal men troost zoeken in een willekeurige uitleg en zich tevreden stellen met getuigenissen, ook al zijn deze irrationeel van aard. De diepste behoefte van de volgroeide mens blijkt zingeving te zijn: een duiding dat het lijden niet voor niets was.
Steeds meer fenomenen zijn in de loop van de tijd verklaard. Dat wil zeggen dat er een wetenschappelijke uitleg aan is gegeven. Dat heeft ons begrip van de wereld (kennis) en onze greep op de wereld (technologie) sterk verbeterd. Niettemin houdt men angstvallig vast aan het verlangen naar zingeving. Het WAARDOOR en WAARVOOR mag dan duidelijk zijn, we blijven zitten met de vraag WAAROM?
Waarom de wereld onbegrijpelijk is (kwantummechanica), waarom de wereld triest is (leed) of waarom de wereld schoon is en ordelijk (symmetrie), het zijn zinloze vragen . Iedereen mag zelf een antwoord verzinnen en er verder het zwijgen toe doen.
Volgens de mathematische modellen van astrofysici was het uitdijende heelal ooit veel kleiner dan nu en bestond de materie vrijwel uitsluitend uit vrij bewegende waterstofatomen. Door hun onderlinge liefde klitten ze samen en vormden ze de eerste sterren. Soms was die affiniteit zo groot dat de sterren explodeerden en tot stof werden teruggebracht. Uit dit sterrenstof werden de planeten geboren, waaronder ook de aarde.
Het is niet bekend of het leven op aarde is ontstaan of elders maar het moet ooit zijn begonnen in de vorm van complexe moleculen die ook uit sterrenstof zijn voortgekomen. Sinds er leven is op aarde bestond dit voor lange duur uitsluitend uit bacteriën. Ook onder deze onbeduidende wezentjes bestond voldoende wederzijdse sympathie om na verloop van (lange) tijd een innig samenwerkingsverband aan te gaan. Die maatschap ging tenslotte een eigen leven leiden als eencellig organisme. Als dat niet gebeurd was zouden er nooit meercellige wezens zijn gekomen, laat staan gewervelde dieren en, uiteindelijk, mensen.
Tijdens de geschiedenis van de mensheid is het gelukt om niet-organische objecten (machines) voort te brengen die uiteindelijk geleid hebben tot buitenaardse uitstapjes. De symbiose tussen mens en machine heeft een wereldwijd netwerk van intense samenwerking voortgebracht. Een associatie waaraan menselijke individuen vrijelijk een bijdrage konden leveren of zich van konden distantiëren. Maar wel een associatie met een eigen identiteit en een wil tot overleven. Opzettelijke sabotage werd als vanzelf bestreden maar niemand werd gedwongen mee te werken om de planetaire identiteit in stand te houden. Daarvoor waren de niet-organische voortbrengselen van de mens te krachtig geprogrammeerd en bood het te weinig draagvlak voor principieel scepticisme. Dystopische toekomstverwachtingen van weleer bleken ongegrond, kunstmatige intelligentie en robotica hadden het evolutionaire stokje van de mensheid overgenomen en dat was helemaal niet eng.
Al snel werd duidelijk dat Huby’s preoccupatie met Heraclites’ Panta rhei ook de amfora van Dionysos omvatte. Daar brachten de dagboekaantekeningen van Hasan Pacha maar weinig verandering in. Huby's vondsten in het Kompas voor onderweg hadden weliswaar zijn vermoedens omtrent de toekomst bevestigd, ze hadden hem ook dorstiger gemaakt. En zijn mathematische argwaan aangewakkerd.
De waarde van wiskunde om waarnemingen te specificeren en om logisch te kunnen redeneren, werd door de Franciscaan Roger Bacon in de 13e eeuw al onderwezen. De meeste mensen haten wiskundige formules, maar één kennen ze allemaal: E = mc2. Dat is immers God.
Sommigen weten dat de formule betekent dat energie en massa in elkaar kunnen overgaan. De uitgebreide wiskundige deductie die Einstein hanteerde in zijn relativiteitstheorie wordt zelden gepresenteerd maar de voorlaatste stap wil ik je niet onthouden:
E2 = c2p2 + c4m2
Daarbij kan de impuls p onder omstandigheden gelijk worden gesteld aan 0 zodat
E2 = m2c4
Iedere middelbare scholier weet dat deze vergelijking twee oplossingen heeft:
E = mc2 en E = -mc2
Door de negatieve energie wordt de richting van de tijd omgekeerd en dat is absurd. Om zo'n ongerijmdheid uit de wereld te helpen, hebben geleerde koppen antimaterie geïntroduceerd. Deze bestaat uit zogenaamde tegen-deeltjes met negatieve energie die zich met een grotere snelheid dan het licht in tegenovergestelde richting bewegen van de 'gewone' deeltjes (vanuit de toekomst naar het verleden; supercausaliteit).
De overeenkomst tussen energie en massa riep het beeld op van een symmetrisch universum, ook met betrekking tot de tijd. Dit opende de deur naar de wonderlijk wereld van de kwantummechanica.
Er wordt wel beweerd dat kwantummechanica en oosterse filosofie veel op elkaar lijken, maar dan gaat men eraan voorbij dat kwantummechanica is gebaseerd op wiskundige modellen en oosterse filosofie op meditatie en mooie verhalen*.
Toen telefoons nog een draaischijf hadden, de schaamluis nog welig tierde en God werd gevreesd, herontdekte AIO Huby Moontrap de waarde van het woord. De verhalen die hij hoorde, kranten die hij las, studieboeken die hij bestudeerde en discussies die hij voerde, films die hij zag en tijdschriften die hij doorbladerde, hun gemeenschappelijke boodschap was telkens weer dat alles, maar dan ook alles, in tegenovergestelde richting bewoog. Meningen stonden lijnrecht tegenover elkaar. De droom van de één was de werkelijkheid van de ander. De leugen zus, de waarheid zó. De opvatting die het uiteindelijk won was steeds de opvatting die het best geformuleerd was.
De welgebektste mening moest wel waar zijn.
Dat wiskunde ook maar een taal is, met soms nietszeggende woorden, blijkt uit de identiteit van Euler, door sommigen wel de mooiste wiskundige formule genoemd:
eip + 1 = 0
Maar wat hier staat* heeft geen enkele betekenis. Het is slechts het resultaat van vernuftig gesleutel. Het is net zo nietszeggend als het Opperlandse woordpalindroom:
Wel, het is slechts iets, maar iets slechts is het wel1
Autistische humor. Verbazingwekkend, maar nietszeggend. De savant die je wil laten weten dat er achter de werkelijkheid een hogere / diepere waarheid schuilgaat, kletst uit zijn nek. De dingen zijn niet altijd wat ze lijken, maar de bedrieger ben je zelf.
Op zijn speurtocht naar een antwoord op de vraag der vragen (unificatie of grote synthese) vindt Moontrap opmerkelijke analogieën tussen kwantumelektrodynamica en menselijk gedrag. Feynmandiagrammen voor de analyse van sociale structuren? Schrödingervergelijkingen om individueel gedrag te beschrijven? Gravitatie als genegenheid. Supersymmetrie als troost.
De geschiedschrijving laat zien dat geen enkele gebeurtenis op zichzelf staat maar altijd onderdeel is van een historische ontwikkeling. Er zijn vele aanleidingen voor elke gebeurtenis zonder welke deze niet zou hebben plaatsgevonden. En evenzo vormt elke gebeurtenis samen met vele andere de aanleiding voor nieuwe gebeurtenissen. Niets staat op zichzelf. Bovendien zijn de meeste gebeurtenissen het gevolg van onbeduidendheden net zoals ze zelf te onbeduidend lijken om in de geschiedschrijving vermeld te worden. Toch is elke wel vermeldenswaardige gebeurtenis mede het gevolg van dergelijke futiliteiten en zelf de oorzaak van menig bagatel.
De geschiedschrijving wordt van oudsher opgedragen door de gevestigde machthebbers, die spelen dan ook altijd de hoofdrol. Daarbij wordt meestal voorbijgegaan aan de talrijke miezerige, onverschillige en nietszeggende onderdanen zonder wie er helemaal geen machthebbers zouden zijn. Over wie zouden zij anders moeten heersen? Over aanzienlijke, voorname en betrokken medeburgers? Dat zijn toch gevestigde machthebbers, op een kleinere schaal? Nee, het falderappes en schorremorrie mag als groep interessant zijn en individueel in schelmenromans figureren, de loop van de geschiedenis wordt er niet aan toegeschreven. Onterecht, want, zoals gezegd, over wie valt er anders te regeren?
Ook in de geschiedenis van de mens zijn er gebeurtenissen zonder welke andere gebeurtenissen nooit zouden hebben plaatsgevonden. Vooruitgang noemt men dat. Maar het zijn geen emergenties. Daarvoor is de tijdschaal veel te kort. Voorbeelden zijn het ontstaan van landbouw of de ontdekking van elektriciteit. Die hebben revolutionaire gevolgen gehad maar dat heeft de mensheid nog niet wezenlijk veranderd. Daarvoor is het nog te vroeg.
En dan is er nog de middelmaat, de massa. Een beetje zus, een beetje zo. Wie wil daar nog meer over vernemen? Het mag de hoofdmoot vormen van ons dagelijks bestaan, we willen er niet te veel aan worden herinnerd. Verreweg de meesten van ons gedragen zich volgens het kleurloze gemiddelde en dragen zo, hoe gering ook, bij aan de loop van de geschiedenis. Iedereen heeft een verhaal. We spelen allemaal een rol. Het duurt wellicht wat langer maar uiteindelijk is ieders invloed onmiskenbaar.
Duidelijk is dat wij een sterke hang hebben naar symmetrie, in de meest ruime zin. Dat appelleert aan onze esthetische voorkeur maar kan evengoed misleidend zijn. We horen een muziekstuk graag eindigen in dezelfde toonsoort als waarmee het begon, maar we laten ons ook graag verrassen. Een open einde vinden we onbevredigend. Wat eindeloos is, mag eigenlijk geen begin hebben.
Onze voorkeur voor symmetrie is ook terug te vinden in de analogieën. In de filmindustrie wordt – onder andere uit kostenoverweging – dankbaar gebruik gemaakt van hulpmiddelen om voorstellingen op een afwijkende schaal te vertonen: gigantische bouwwerken die onder normale omstandigheden zouden instorten (volgens de hierboven genoemde wetmatigheid dat volume (= massa) sterker toeneemt dan oppervlak) of minuscule duikbootjes die varen door bloedvaten en zich voortbewegen als een potvis in de Pacific (zelfde materialen ondervinden op verschillende schaal andere krachten/viscositeit; kan worden gecorrigeerd met het getal van Reynolds). Toch laten we ons graag bedriegen.
De dingen zijn niet altijd wat ze lijken.
Toen het Echte Universum werd geschreven, was daar niemand bij. Behalve, volgens sommigen, onze-lieveheer, die zich niets aantrok van de opborrelende pop-ups in Zijn schepping: brokstukken stof&as vormden een baarmoeder van brokstukken stof&as vormden een verlangen naar brokstukken stof&as vormden inzicht in … De Grote Goocheltruck.
Huby Moontrap weet zeker dat de spontane oprispingen niets te maken hebben met een goddelijk wezen. Ze zijn daarentegen een typische eigenschap van de werkelijkheid, vanzelfsprekend en tegelijk onbegrijpelijk. Deze misleidende illusie heeft mensen aangezet tot het bedenken van poëtische verdichtsels en vangnetten.
Volgens onafhankelijk onderzoeker Moontrap is aarzeling over universele causaliteit of waardering voor allegorieën en alliteratie niet verwerpelijker dan het geloof in Creatie. Tegenover de gedachte dat een gebeurtenis (iets) kan ontstaan uit de afwezigheid van die gebeurtenis (niets) verkondigde hij in Recursieve Reconstructies, de eindeloos herhaalde ontstaansgeschiedenis van het heelal. Wat zijn geloofwaardigheid in geofysische kring ondermijnde, werd bij El Instituto juist geprezen. Daar kreeg de ‘dwarse wetenschapper’ alle vrijheid om zijn tegendraadse gedachtegang tot in de lengte der dagen voort te zetten.
In het Emergente Universum wordt onze geschiedenis voorgesteld als een caleidoscopische kralenketting waarvan elke kraal kan worden opgevat als een individu of gebeurtenis. Al zijn de afzonderlijke kralen nog zo complex, in hun eentje kunnen ze nooit een ketting vormen. Wel kan elk los bolletje weer worden beschouwd als een kluwen van ingewikkelde onderdelen terwijl de ketting op haar beurt weer deel uitmaakt van een groter geheel. Deze trapsgewijze weergave van de werkelijkheid is geënt op de fractale patronen in Recursieve Reconstructies en vormt het hoofdmotief van het Emergente Universum.
Er wordt wel beweerd dat de menselijke maat zich precies halverwege het schalenspectrum bevindt.* Aan de ene zijde de steeds verder krimpende microkosmos en aan de andere kant de oneindige uitgestrektheid van het heelal. Astrofysici zijn het eens over de toenemende snelheid waarmee de ruimte uitdijt (zonder tijdslimiet) en snaartheoretici beweren dat supersnaren vele malen kleiner zijn dan de kleinste bekende deeltjes; zodat terecht de vraag gesteld kan worden: waar ligt het midden van oneindig? Het beeld dat zich aandient, is dat van een digitale Mandelbrotverzameling waarop eindeloos kan worden ingezoomd: het Emergente Universum.
Het Emergente Universum is een raamwerk, een platform, een stellage van de werkelijkheid.
Een huis heeft vele kamers. In elk huis wonen andere mensen. Er zijn geen twee huizen gelijk. Maar al die huizen zijn ooit in de steigers gezet. De steigers zijn universeel, functioneel. Wie wil genieten van een goed boek, een verdiepende gedichtenbundel, een spannende thriller of een eclectische karakterschets, doet er goed aan zich eerst te verdiepen in het geraamte van de realiteit, het Emergente Universum.
Het gegoochel met getallen is ontsproten aan het menselijk brein. Dat garandeert geenszins de universele geldigheid van wiskunde. Dat een symfonie ons kan ontroeren, wil niet zeggen dat andere wezens door datzelfde muziekstuk worden bewogen. De God die alle volkeren op aarde aanbidden als de schepper van het universum hoeft niet dezelfde God te zijn van buitenaardse wezens. En ook de meewarige glimlach van de zelfingenomen atheïst zal verstarren op zijn/haar pad door het Emergente Universum.
Glitter en glans hebben nooit grip op hem gehad. De zoete fee verschijnt nog altijd in zijn dromen.
Vanuit het midden omarmt Huby Moontrap de wereld. De hele inhoud gaat hem wat te ver, die is veel te groot, maar een aantal hotspots in het mozaïek zijn wellicht voldoende om de kern te vinden.
Waar het om draait, aldus hoogleraar Moontrap, is de omhelzing met het al. De zin van het bestaan is de omhelzing van het zelf met het bestaan zelf. Het is maar net wat de woorden je zeggen.
Aanbevolen Nederlandstalige literatuur
George van Hal. Elastisch universum. Fontaine Uitgevers, 2016
Jacob Klapwijk. Heeft de evolutie een doel? Kok, 2009
Jos Koekkoek. Begrepen! Brave New Books, 2016
en het portret van de moderne samenleving 'Back to Utopia': tps://www.human.nl/2doc/2017/back-to-utopia.html
Een palindroom of keerwoord is een woord dat er van voor naar achteren gelezen hetzelfde uitziet als andersom. Een panlindroomzin is opgebouwd uit meerder palindromen en levert zowel vooruit als achteruit gelezen hetzelfde resultaat op. De palindroomzin in de titel is afkomstig uit de Opperlandse Taal- & Letterkunde van Hugo Brandt Cortsius, Querido, 1981.
In de eerste helft van de 20e eeuw werd door aanhangers van de relativistische kwantummechanica de antimaterie geïntroduceerd (bv positron door Paul Dirac). Later werd door andere fysici getracht de tijdsymmetrie te herstellen door het afleiden van retrocausaliteit (John Wheeler & Richard Feynman). Het concept werd afgewezen omdat het in strijd is met onze beleving van de voortgang van de tijd (syntropie versus entropie). In de psychologie en esoterie wordt nog wel vastgehouden aan de symmetrie van de tijd. Daarover is alleen Engelstalige literatuur, bv The Law of Syntropy van U. di Corpo & A. Vannini, Kindel/Amazon, 2011. Zie ook: http://www.syntropy.org/
Voor alle duidelijkheid: e staat voor het grondtal van de natuurlijke logaritme ( e = (1 + 1/n)n waarbij n nadert tot oneindig; e = 2,7182818…), i staat voor het imaginaire getal (-1)1/2 dat gebruikt kan worden om betekenis te geven aan negatieve getallen (in de fysica wel gebruikt om een tegengestelde lading of richting aan te duiden) en p staat voor de verhouding tussen de omtrek en de diameter van een cirkel (p = 3,1415926…).
Het Reynoldsgetal wordt onder meer gebruikt om de doorstroming van vloeistoffen door buizen te berekenen: Re = r.v.D /m waarbij r staat voor de dichtheid, v staat voor de stroomsnelheid, D staat voor de diameter van de buis en m staat voor de viscositeit (stroperigheid) van de vloeistof. Schaalvergroting wordt bij filmtrucages succesvol gecompenseerd door vertraging van de snelheid; bij schaalverkleining is er geen compensatie nodig omdat de meeste mensen toch niet weten dat water in een heel nauw buisje zich als een stroperige vloeistof gedraagt. Een hilarische film waarin sprake is van schaalverkleining is Innerspace van Joe Dante (1987) (https://www.youtube.com/watch?v=HLAbTbGQcr8) Dit is verwant aan het antropisch principe: het universum dat wij waarnemen is het universum dat ons heeft voortgebracht; in elk ander universum zouden wij niet kunnen bestaan. De verschillende natuurconstanten hebben hun specifieke waarde omdat alleen bij die waarden ons universum, wij dus, kunnen bestaan.
Gerelateerde Nederlandstalige literatuur: Paul Davies. Perfect Universum. Spectrum, 2007
Toen Benoit Mandelbrot gevraagd werd om zo precies mogelijk aan te geven hoe lang de Engelse kustlijn is, was er maar één antwoord mogelijk: oneindig lang. Immers, naarmate er gedetailleerder gemeten wordt, neemt de totale lengte toe (kustlijnparadox). Dat is het gevolg van de fractaalachtige eigenschap van kustlijnen. Het meten van lengtes is gebaseerd op rechte lijnstukken, maar natuurlijke grensvlakken zijn altijd gebogen (fractaal). Hoe kleiner de gebruikte lijnstukken, hoe preciezer de benadering. Door met oneindig kleine lijnstukken te werken kan de exacte waarde gevonden worden. Zie ook
http://www.youtube.com/watch?v=G_GBwuYuOOs.
Recursief betekent 'zichzelf herhalend'. Een proces is recursief als één van de stappen waaruit het proces bestaat vraagt om herhaling van het volledige proces. En steeds opnieuw want binnen een recursief proces herhaalt dat proces zich telkens weer. In principe komt er nooit een einde aan een recursief proces. Recursieve constructies kunnen worden gevisualiseerd. Denk bijvoorbeeld aan Eschers voorstellingen van de zichzelf voedende waterval en de alsmaar via afdalende trappen in een kringetje rondlopende en op dezelfde plaats terugkerende monniken. Een ander voorbeeld is het Droste-effect, een visueel effect waarbij een afbeelding een verkleinde versie van zichzelf bevat. Zo'n momentopname levert de concrete constructie van het voortgaande recursieve proces.Baboesjka's, de elkaar omsluitende Russische poppetjes zijn een ander voorbeeld van zo'n constructie. Als deze recursieve reeks poppetjes zich eindeloos zou voortzetten zouden er snel poppetjes zijn die door hun geringe afmeting niet meer zichtbaar zijn. Douglas Hofstadter geeft in
Gödel, Escher, Bach (Olympus, 2018) ook voorbeelden van recursie in de muziek en informatica. In de wiskunde wordt gebruik gemaakt van recursieve functies in de vorm van differentievergelijkingen.
Zie ook:https://nl.wikipedia.org/wiki/Recursie
Kleine oorzaken hebben soms grote gevolgen (chaostheorie) en grote zaken kunnen zonder het kleine helemaal niet ontstaan (emergentietheorie). Volgens die laatste opvatting is onze wereld ooit begonnen in een primordiaal beginpunt en heeft zich laag voor laag verder ontwikkeld. De eerste lagen zijn bekend als de hypothetische ontwikkelingsfasen van het uitdijende heelal (inflatie, afkoeling en samenklontering in een fractie van een seconde), het ontstaan van de lichte atomen na een paar honderdduizend jaar, stervorming en hun vernietiging waardoor het ontstaan grote moleculen, planeetvorming, ontstaan van leven, eerst fragmentarisch en microbieel, later meercellig inclusief afweer, daarna staten- en netwerkvorming. Al die lagen zijn emergente verschijningen, bestaan bij gratie van de onderliggende 'eenvoudiger’ lage waaruit ze zijn opgebouwd. Het geheel vormt een kleine 14 miljard jaar oud bouwwerk dat langs een verticale tijd-as als een ondersteboven berg kan worden voorgesteld.
Hier begint het. In de navel van Europa. Op het dorpsplein dat inmiddels is verdwenen werden in 1810 nog Napolitaanse volksliedjes gezongen. Ooit heeft een jonge geitenhoeder hier afscheid genomen van zijn moeder, om later op de slavenmarkt van Djerba te worden verkocht aan Barbarijse zeerovers. In 1707 werden de katholieke bewoners onthaald op de occulte profetieën van rondtrekkende Camisards. Tevergeefs, de vonk sloeg niet over. De profetieën van vóór het Christendom hadden de gemeenschap meer bekoord.
De omgeving is bezaaid met rotsblokken vol persoonlijke inscripties uit vroeger tijden, als een lithografisch equivalent van Facebook. Het duidt erop dat dit een druk bezochte plek geweest is. Als je om je heen kijkt, zie je niets van de imposante bouwwerken van weleer maar met behulp van drones en remote sensing kun je de uitgestrekte fundamenten zichtbaar maken. Hier lag ooit een welvarende stad.
Uit alle hoeken van de wereld stroomden mensen hier naartoe. Toen, net als nu. Het sjamanistisch heiligdom van deze ‘bedevaartplaats’ wordt nog gemarkeerd door de onthoofde slangenzuil, de opgerichte navelstreng. Vanaf haar zetel op de driepoot die gevormd werd door de drie reptielenkoppen maande het enige ware orakel ooit tot zelfbezinning en relativiteit. Haar uitspraken staan in de rotswanden gegrift. In Delphi.
Het Cyberium is de verzameling van toekomstige planetaire voortbrengselen die een nieuwe, emergente bestaansvorm vertegenwoordigt in onze melkweg (kolonisatie op grotere schaal ligt te ver in het verschiet). Dit galactisch stelsel omvat al een paar honderd miljard sterren en op statische gronden wordt het aantal planeten op honderd miljard geschat. Vele daarvan beschikken vermoedelijk over voldoende condities om via abiotische weg organische levensvormen voort te brengen (al weten we nog steeds niet hoe dat precies in zijn werk gaat). Na verloop van tijd (op aarde heeft het enkele miljarden jaren geduurd) verschijnen op die planeten voldoende intelligente levensvormen om bestaansvormen te creëren die niet langer aan de planeet gebonden zijn. Op aarde is dat begonnen met eenvoudige ruimterobots. Immuun voor koude, straling en verwering kunnen ze vele malen langer bestaan dan organismen. Hun ontwikkeling, door de mens in gang gezet en vervolgens door hen zelf ter hand genomen, wordt uitgebouwd tot onvoorstelbare proporties, waar de mens geen enkele vat op heeft maar ook geen angst voor hoeft te hebben. Daar zijn wij te onbeduidend voor. Wij kunnen ons beter zorgen maken over onze thuisplaneet en wellicht kunnen Cyberia ons daarbij een handje helpen.
In de catacomben van El Instituto para la promoción de la dignidad humana a través de la intelectuel y moral, kortweg El Instituto, bevindt zich het archief van de archeonauten, de tijdreizigers. Het archief, ook wel het Kompas voor onderweg genoemd, bevat gedetailleerde beschrijvingen van plaatsen en gebeurtenissen in het verleden en minder nauwkeurige notities over de dingen die in het verschiet liggen. Het aantal toekomstzoekers is nu eenmaal een stuk lager dan de enorme hoeveelheid geschiedschrijvers. Chroniqueurs van het verleden worden bovendien een stuk betrouwbaarder geacht omdat hun bevindingen eenvoudiger te controleren zijn. Toch worden ook de kronieken van het verschiet er zorgvuldig gekoesterd, als bakens in de tijd die de loop der gebeurtenissen langs de juiste banen kunnen leiden.
Altijd al zijn er lieden geweest die aan de hand van zelfbenoemde tekens of onbenoemde inzichten dergelijke bakens hebben geïnstalleerd en vrijwel niemand blijft ongevoelig voor hun boodschap. De openbaringen van religieuze Heilsprofeten overtuigen nog steeds honderden miljoenen gelovigen. Anderen zijn in de ban van de paragnosie en stellen een groot vertrouwen in de pronostiek van Nostradamus, Baba Vanga en Mother Shipton. De meeste namen zijn vergeten maar sommige blijven in de herinnering. Zoals van de Trojaanse Cassandra en van de clairaudiënte Jeanne d’Arc. Alleen adepten zijn bekend met de vermeende gaven van de Ziener van Brahan, Madame Lenormand, Mühlhiasl, Cheiro, J.W. Dunne, Malachias of Stefan Ossowiecki, om er een paar te noemen.
Een speciale plaats wordt ingenomen door Hasan Pacha: van zijn bestaan is slechts een handjevol ingewijden op de hoogte.
Werkzaam op het Indian Institute of Technology in Delhi heeft Hasan Pacha aan het eind van de vorige eeuw enkele fenomenale doorbraken bewerkstelligd die nauwlettend geheim werden gehouden. Door zijn spraakgebrek vrijgesteld van onderwijstaken, heeft de briljante onderzoeker al zijn aandacht kunnen wijden aan ongekende nanofarmacologische innovaties die potenties verlenen om buiten de eigen tijd te treden. Uitdrukkelijk tegen de wens van zijn werkgever heeft de eigenzinnige Pacha zichzelf gebruikt als proefkonijn en is daarbij verslingerd geraakt aan historische uitstapjes. Hij is, zogezegd, een TTA (Time Traveling Addict) en in deze hoedanigheid heeft hij interessante verslagen geleverd.
Sindsdien is het Kompas voor onderweg aanzienlijk uitgebreid. Onduidelijkheden zijn opgehelderd, hiaten van een invulling voorzien, ongeloofwaardigheden alsnog bevestigd of definitief uit de wereld geholpen en compleet nieuwe perspectieven toegevoegd. Dreigend ruimtegebrek is aanleiding geweest voor het Oudheidkundig Genootschap om een subsidieaanvraag in te dienen. Die zeker zal worden afgewezen omdat de aanleiding niet ontvankelijk zal worden verklaard, omdat deze als volslagen ongeloofwaardig in de prullenbak zal verdwijnen.
De bemoeienis van Hasan Pacha met historische momenten heeft, dankzij zijn uiterst zorgvuldig optreden, geen invloed van betekenis op de loop der gebeurtenissen gehad. Niettemin heeft hij het steeds vertikt om zich uitsluitend als bescheiden toeschouwer op te stellen. Geregeld treedt hij daadwerkelijk in contact met bestaande mensen van wie we zonder zijn inmenging wellicht nooit hadden gehoord. Zo bestaat het vermoeden dat eerder genoemde verkondigers van een toekomstig gebeuren door hem van informatie zijn voorzien. Er is geen enkel bewijs voor dergelijke speculaties maar enkele archiefstukken suggereren zijn onbedwingbare zucht om de dingen naar zijn hand te zetten.
Enkele geschriften die afkomstig zijn uit het San Francisco klooster in Lima gewagen van een dolende frater – onmiskenbaar Hasan Pacha – met een atheïstische boodschap.
Uit de erven Flint is een dagboek afkomstig waarin de oprichter van IBM een beschrijving geeft van zijn inspiratiebron: een speeldoos die hij van een vriendin cadeau gekregen had. Die het op haar beurt zou hebben gekregen van een spookverschijning met een spraakgebrek. De bijgevoegde tekening laat evenwel zien dat het ging om een muziekautomaat die toen nog niet op de markt was.
Tenslotte is er een middeleeuws reisverslag van de handelskoerier Salah Marouni. Op één van zijn missies in de Bourgondische Nederlanden had hij een assistent die hem hondertuit an sein kop hat geseurt over een ‘witte engel’. Deze was herhaaldelijk aan hem verschenen, had hem in een brabbeltaaltje de wonderlijkste dingen verteld en ideeën ingefluisterd waarvan de artistieke jongeman in zijn schetsboek een tekening had gemaakt. Onder andere van een karretje waarop men zich zonder rijdier kon voortbewegen.
Helaas ligt het schetsboek niet in het archief. Gevreesd wordt dat het is verloren gegaan.