LIED VAN ZAND EN WATER

Wat de fuk is emergentie?

 

  

 

Het Emergente Universum is een toverbal. De kleur van elke laag wordt bepaald door alle andere lagen samen. Als één laag van kleur verschiet, verandert die in álle lagen. Deze voorstelling van zaken is louter hypothetisch want een laag kán niet van kleur veranderen omdat die juist bepaald wordt door die van alle andere lagen. Dat betekent niet dat het Emergente Universum onveranderlijk is. Er kan een nieuwe laag ontstaan waarvan de kleur be-paald wordt door de al aanwezige lagen. Of de kleur van de nieuwe laag zelf weer van invloed is op de al bestaande lagen is onbekend. 

HET EMERGENTE UNIVERSUM: EEN RECONSTRUCTIE
Gad nee, poëzie…! Zei ze op een dag1

 

 

Op 14 april van het revolutiejaar 1968 besluit de artistieke kern van progressieve intellectuelen in Amsterdam om gezamenlijk een kunstgedrocht te construeren dat laat zien hoe de vrije geest wordt verkracht door de gevestigde orde. Drie maanden later neemt het Holland Festival dit thema in de vorm van een moderne opera op in het programma van 1969, wat resulteert in de unieke uitvoering van Reconstructie, een moraliteit. Dat de opera daarna nooit meer is opgevoerd, wijst erop dat dezelfde revolutie maar één keer plaatsvindt.

   Een halve eeuw later wordt de dreigende inperking van individuele vrijheid door het maatschappelijk bestel erkend (privacywetgeving) en tegelijkertijd laten individuen zich vrijelijk opslokken door het wereldwijde netwerk van de sociale media. Het verzet tegen de gevreesde betutteling is omgeslagen in een soort achteloze verontwaardiging. De heersende moraal belemmert zowel de afzijdigheid van een eenling als het tribalisme van een club.

   Halverwege het derde millennium bestaat de mensheid bij gratie van de volledig geïntegreerde elektronische intelligentie en robotica. Geheel in lijn met de grote evolutionaire transities vormt Homo sapiens de opstap naar de nieuwe orde, Cyberium. Zoals eencelligen bestaan dankzij bacteriën en mensen bestaan dankzij cellen, zo bestaat Cyberium dankzij de mens. Cyberium staat voor de wereldwijde symbiose tussen mens en machine en heeft een eigen, planetaire identiteit. Het onderhoudt zich met andere cyberia in een onderbewust streven naar galactische eenheid, de volgende sport van de emergente ladder.

 

 

Zijn eerste droom van de zoete fee heeft hem nooit verlaten. De extase was zo overweldigend dat de kleine Huby Moontrap overeind schoot uit een zinnenprikkelend schimmenspel en zeker wist:

   Ik ben het centrum van de wereld!

   Het is een andere manier van zeggen dat God overbodig is. Hij besloot dat de waarheid slechts een kwestie is van woorden.

 

  

Als het emergente universum poëzie was, heette dit misschien de ondersteboven berg. De punt omlaag, het primordiale begin. De voet onzichtbaar, gehuld in oogverblindende nevels. Wij halverwege, op weg naar de toekomst.

Maar dit is geen poëzie, dit is de prozaïsche neerslag van een culturele beleving. Daarin is natuurlijk wel plaats voor gedichtjes, zoals ook kinderspel beslissend is voor een plezierige terugblik op je leven.

 

Het kriebelt soms, de rommel

om mij heen roept: ruim mij op!

dat stof afnemen is niet stom. Losse

eindjes, heen en terug staan-

de stapels, afgebroken

sterrenstof twee drie vier

voetjes in de lucht*

Waarom deze rijmelarij? Ach, je wilt het toch aan iemand kwijt?! Volgens sommige grappenmakers omdat het leven anders helemaal zinloos is. Voor de ware liefhebber is er altijd nog Leegte Lacht van Tonnus Oosterhoff, Bezige Bij, 2011.

 

Alles is in evenwicht, zelfs al staat het uit het lood. Een rondtollende gyroscoop staat op zijn punt als een ondersteboven berg (precies, net een draaikont). Hij valt pas om (door de zwaartekracht) als het tollen trager wordt. De rondtollende gyroscoop draait altijd om zijn as. In de natuur wordt de richting van de as gestabiliseerd door de draaibeweging. Dat is een natuurlijke wetmatigheid. Hoe sneller de draaibeweging, hoe groter de stabiliteit.

   Met andere woorden, hoe langzamer de tol draait, des te eerder valt hij om.

   Een andere natuurlijke wetmatigheid die je minder makkelijk herkent, is, dat bij het groter worden van een voorwerp (groei) de inhoud sterker toeneemt dan het oppervlak. Wiskundig gesproken: de inhoud neemt toe met de derde macht (p3), het oppervlak slechts met het kwadraat (p2).

   Zulke onvermijdelijke wetmatigheden zijn van onmiskenbare betekenis voor ons bestaan.

 

 

In weerwil van zijn poëtische ambities gaat Huby geofysica studeren (een appartement in Oman of een hostel in Jaipur?). De wereld van beweging fascineert hem evenzeer als de Parnassus.

   Zijn eerste opdracht bij El Instituto draaide om de vraag waarom men liever fantaseert dan redeneert. Of was dat soms niet waar?

 

Zolang mensen of hun dierbaren worden geveld door onbegrijpelijke ziektes, zolang machtswellustige medemensen hen onderdrukken en uitbuiten, zolang zij door willekeurig natuurgeweld worden bedreigd en zolang ellende een kalm en tevreden bestaan belemmert, zolang zal men troost zoeken in een willekeurige uitleg en zich tevreden stellen met getuigenissen, ook al zijn deze irrationeel van aard. De diepste behoefte van de volgroeide mens blijkt zingeving te zijn: een duiding dat het lijden niet voor niets was.

   Steeds meer fenomenen zijn in de loop van de tijd verklaard. Dat wil zeggen dat er een wetenschappelijke uitleg aan is gegeven. Dat heeft ons begrip van de wereld (kennis) en onze greep op de wereld (technologie) sterk verbeterd. Niettemin houdt men angstvallig vast aan het verlangen naar zingeving. Het WAARDOOR en WAARVOOR mag dan duidelijk zijn, we blijven zitten met de vraag WAAROM?

Waarom de wereld onbegrijpelijk is (kwantummechanica), waarom de wereld triest is (leed) of waarom de wereld schoon is en ordelijk (symmetrie), het zijn zinloze vragen . Iedereen mag zelf een antwoord verzinnen en er verder het zwijgen toe doen. 

 

Volgens de mathematische modellen van astrofysici was het uitdijende heelal ooit veel kleiner dan nu en bestond de materie vrijwel uitsluitend uit vrij bewegende waterstofatomen. Door hun onderlinge liefde klitten ze samen en vormden ze de eerste sterren. Soms was die affiniteit zo groot dat de sterren explodeerden en tot stof werden teruggebracht. Uit dit sterrenstof werden de planeten geboren, waaronder ook de aarde. 

   Het is niet bekend of het leven op aarde is ontstaan of elders maar het moet ooit zijn begonnen in de vorm van complexe moleculen die ook uit sterrenstof zijn voortgekomen. Sinds er leven is op aarde bestond dit voor lange duur uitsluitend uit bacteriën. Ook onder deze onbeduidende wezentjes bestond voldoende wederzijdse sympathie om na verloop van (lange) tijd een innig samenwerkingsverband aan te gaan. Die maatschap ging tenslotte een eigen leven leiden als eencellig organisme. Als dat niet gebeurd was zouden er nooit meercellige wezens zijn gekomen, laat staan gewervelde dieren en, uiteindelijk, mensen.

Tijdens de geschiedenis van de mensheid is het gelukt om niet-organische objecten (machines) voort te brengen die uiteindelijk geleid hebben tot buitenaardse uitstapjes. De symbiose tussen mens en machine heeft een wereldwijd netwerk van intense samenwerking voortgebracht. Een associatie waaraan menselijke individuen vrijelijk een bijdrage konden leveren of zich van konden distantiëren. Maar wel een associatie met een eigen identiteit en een wil tot overleven. Opzettelijke sabotage werd als vanzelf bestreden maar niemand werd gedwongen mee te werken om de planetaire identiteit in stand te houden. Daarvoor waren de niet-organische voortbrengselen van de mens te krachtig geprogrammeerd en bood het te weinig draagvlak voor principieel scepticisme. Dystopische toekomstverwachtingen van weleer bleken ongegrond, kunstmatige intelligentie en robotica hadden het evolutionaire stokje van de mensheid overgenomen en dat was helemaal niet eng.

 

Al snel werd duidelijk dat Huby’s preoccupatie met Heraclites’  Panta rhei ook de amfora van Dionysos omvatte. Daar brachten de dagboekaantekeningen van Hasan Pacha maar weinig verandering in. Huby's vondsten in het Kompas voor onderweg hadden weliswaar zijn vermoedens omtrent de toekomst bevestigd, ze hadden hem ook dorstiger gemaakt. En zijn mathematische argwaan aangewakkerd.

 

 

De waarde van wiskunde om waarnemingen te specificeren en om logisch te kunnen redeneren, werd door de Franciscaan Roger Bacon in de 13e eeuw al onderwezen. De meeste mensen haten wiskundige formules, maar één kennen ze allemaal: E = mc2. Dat is immers God.

   Sommigen weten dat de formule betekent dat energie en massa in elkaar kunnen overgaan. De uitgebreide wiskundige deductie die Einstein hanteerde in zijn relativiteitstheorie wordt zelden gepresenteerd maar de voorlaatste stap wil ik je niet onthouden:

 

E2 = c2p2 + c4m2

 

Daarbij kan de impuls p onder omstandigheden gelijk worden gesteld aan 0 zodat

 

E2 = m2c4

 

Iedere middelbare scholier weet dat deze vergelijking twee oplossingen heeft:

 

E = mc2 en E = -mc2

 

Door de negatieve energie wordt de richting van de tijd omgekeerd en dat is absurd. Om zo'n ongerijmdheid uit de wereld te helpen, hebben geleerde koppen antimaterie geïntroduceerd. Deze bestaat uit zogenaamde tegen-deeltjes met negatieve energie die zich met een grotere snelheid dan het licht in tegenovergestelde richting bewegen van de 'gewone' deeltjes (vanuit de toekomst naar het verleden; supercausaliteit). 

   De overeenkomst tussen energie en massa riep het beeld op van een symmetrisch universum, ook met betrekking tot de tijd. Dit opende de deur naar de wonderlijk wereld van de kwantummechanica.

   Er wordt wel beweerd dat kwantummechanica en oosterse filosofie veel op elkaar lijken, maar dan gaat men eraan voorbij dat kwantummechanica is gebaseerd op wiskundige modellen en oosterse filosofie op meditatie en mooie verhalen*.

 

 

Toen telefoons nog een draaischijf hadden, de schaamluis nog welig tierde en God werd gevreesd, herontdekte AIO Huby Moontrap de waarde van het woord. De verhalen die hij hoorde, kranten die hij las, studieboeken die hij bestudeerde en discussies die hij voerde, films die hij zag en tijdschriften die hij doorbladerde, hun gemeenschappelijke boodschap was telkens weer dat alles, maar dan ook alles, in tegenovergestelde richting bewoog. Meningen stonden lijnrecht tegenover elkaar. De droom van de één was de werkelijkheid van de ander. De leugen zus, de waarheid zó. De opvatting die het uiteindelijk won was steeds de opvatting die het best geformuleerd was.

   De welgebektste mening moest wel waar zijn.

 

 

 

Dat wiskunde ook maar een taal is, met soms nietszeggende woorden, blijkt uit de identiteit van Euler, door sommigen wel de mooiste wiskundige formule genoemd: 

 

eip + 1 = 0

 

Maar wat hier staat* heeft geen enkele betekenis. Het is slechts het resultaat van vernuftig gesleutel. Het is net zo nietszeggend als het Opperlandse woordpalindroom:

 

Wel, het is slechts iets, maar iets slechts is het wel1

 

Autistische humor. Verbazingwekkend, maar nietszeggend. De savant die je wil laten weten dat er achter de werkelijkheid een hogere / diepere waarheid schuilgaat, kletst uit zijn nek. De dingen zijn niet altijd wat ze lijken, maar de bedrieger ben je zelf.

 

 

Op zijn speurtocht naar een antwoord op de vraag der vragen (unificatie of grote synthese) vindt Moontrap opmerkelijke analogieën tussen kwantumelektrodynamica en menselijk gedrag. Feynmandiagrammen voor de analyse van sociale structuren? Schrödingervergelijkingen om individueel gedrag te beschrijven? Gravitatie als genegenheid. Supersymmetrie als troost.

 

 

De geschiedschrijving laat zien dat geen enkele gebeurtenis op zichzelf staat maar altijd onderdeel is van een historische ontwikkeling. Er zijn vele aanleidingen voor elke gebeurtenis zonder welke deze niet zou hebben plaatsgevonden. En evenzo vormt elke gebeurtenis samen met vele andere de aanleiding voor nieuwe gebeurtenissen. Niets staat op zichzelf. Bovendien zijn de meeste gebeurtenissen het gevolg van onbeduidendheden net zoals ze zelf te onbeduidend lijken om in de geschiedschrijving vermeld te worden. Toch is elke wel vermeldenswaardige gebeurtenis mede het gevolg van dergelijke futiliteiten en zelf de oorzaak van menig bagatel. 

   De geschiedschrijving wordt van oudsher opgedragen door de gevestigde machthebbers, die spelen dan ook altijd de hoofdrol. Daarbij wordt meestal voorbijgegaan aan de talrijke miezerige, onverschillige en nietszeggende onderdanen zonder wie er helemaal geen machthebbers zouden zijn. Over wie zouden zij anders moeten heersen? Over aanzienlijke, voorname en betrokken medeburgers? Dat zijn toch gevestigde machthebbers, op een kleinere schaal? Nee, het falderappes en schorremorrie mag als groep interessant zijn en individueel in schelmenromans figureren, de loop van de geschiedenis wordt er niet aan toegeschreven. Onterecht, want, zoals gezegd, over wie valt er anders te regeren?

Ook in de geschiedenis van de mens zijn er gebeurtenissen zonder welke andere gebeurtenissen nooit zouden hebben plaatsgevonden. Vooruitgang noemt men dat. Maar het zijn geen emergenties. Daarvoor is de tijdschaal veel te kort. Voorbeelden zijn het ontstaan van landbouw of de ontdekking van elektriciteit. Die hebben revolutionaire gevolgen gehad maar dat heeft de mensheid nog niet wezenlijk veranderd. Daarvoor is het nog te vroeg.

En dan is er nog de middelmaat, de massa. Een beetje zus, een beetje zo. Wie wil daar nog meer over vernemen? Het mag de hoofdmoot vormen van ons dagelijks bestaan, we willen er niet te veel aan worden herinnerd. Verreweg de meesten van ons gedragen zich volgens het kleurloze gemiddelde en dragen zo, hoe gering ook, bij aan de loop van de geschiedenis. Iedereen heeft een verhaal. We spelen allemaal een rol. Het duurt wellicht wat langer maar uiteindelijk is ieders invloed onmiskenbaar.

 

Duidelijk is dat wij een sterke hang hebben naar symmetrie, in de meest ruime zin. Dat appelleert aan onze esthetische voorkeur maar kan evengoed misleidend zijn. We horen een muziekstuk graag eindigen in dezelfde toonsoort als waarmee het begon, maar we laten ons ook graag verrassen. Een open einde vinden we onbevredigend. Wat eindeloos is, mag eigenlijk geen begin hebben.

   Onze voorkeur voor symmetrie is ook terug te vinden in de analogieën. In de filmindustrie wordt – onder andere uit kostenoverweging – dankbaar gebruik gemaakt van hulpmiddelen om voorstellingen op een afwijkende schaal te vertonen: gigantische bouwwerken die onder normale omstandigheden zouden instorten (volgens de hierboven genoemde wetmatigheid dat volume (= massa) sterker toeneemt dan oppervlak) of minuscule duikbootjes die varen door bloedvaten en zich voortbewegen als een potvis in de Pacific (zelfde materialen ondervinden op verschillende schaal andere krachten/viscositeit; kan worden gecorrigeerd met het getal van Reynolds). Toch laten we ons graag bedriegen.

   De dingen zijn niet altijd wat ze lijken.

 

 

Toen het Echte Universum werd geschreven, was daar niemand bij. Behalve, volgens sommigen, onze-lieveheer, die zich niets aantrok van de opborrelende pop-ups in Zijn schepping: brokstukken stof&as vormden een baarmoeder van brokstukken stof&as vormden een verlangen naar brokstukken stof&as vormden inzicht in … De Grote Goocheltruck.

   Huby Moontrap weet zeker dat de spontane oprispingen niets te maken hebben met een goddelijk wezen. Ze zijn daarentegen een typische eigenschap van de werkelijkheid, vanzelfsprekend en tegelijk onbegrijpelijk. Deze misleidende illusie heeft mensen aangezet tot het bedenken van poëtische verdichtsels en vangnetten.

   Volgens onafhankelijk onderzoeker Moontrap is aarzeling over universele causaliteit of waardering voor allegorieën en alliteratie niet verwerpelijker dan het geloof in Creatie. Tegenover de gedachte dat een gebeurtenis (iets) kan ontstaan uit de afwezigheid van die gebeurtenis (niets) verkondigde hij in Recursieve Reconstructies, de eindeloos herhaalde ontstaansgeschiedenis van het heelal. Wat zijn geloofwaardigheid in geofysische kring ondermijnde, werd bij El Instituto juist geprezen. Daar kreeg de ‘dwarse wetenschapper’ alle vrijheid om zijn tegendraadse gedachtegang tot in de lengte der dagen voort te zetten.   

 

In het Emergente Universum wordt onze geschiedenis voorgesteld als een caleidoscopische kralenketting waarvan elke kraal kan worden opgevat als een individu of gebeurtenis.  Al zijn de afzonderlijke kralen nog zo complex, in hun eentje kunnen ze nooit een ketting vormen. Wel kan elk los bolletje weer worden beschouwd als een kluwen van ingewikkelde onderdelen terwijl de ketting op haar beurt weer deel uitmaakt van een groter geheel. Deze trapsgewijze weergave van de werkelijkheid is geënt op de fractale patronen in Recursieve Reconstructies en vormt het hoofdmotief van het Emergente Universum.

   Er wordt wel beweerd dat de menselijke maat zich precies halverwege het schalenspectrum bevindt.* Aan de ene zijde de steeds verder krimpende microkosmos en aan de andere kant de oneindige uitgestrektheid van het heelal. Astrofysici zijn het eens over de toenemende snelheid waarmee de ruimte uitdijt (zonder tijdslimiet) en snaartheoretici beweren dat supersnaren  vele malen kleiner zijn dan de kleinste bekende deeltjes; zodat terecht de vraag gesteld kan worden: waar ligt het midden van oneindig? Het beeld dat zich aandient, is dat van een digitale Mandelbrotverzameling waarop eindeloos kan worden ingezoomd: het Emergente Universum.

   Het Emergente Universum  is een raamwerk, een platform, een stellage van de werkelijkheid.

  Een huis heeft vele kamers. In elk huis wonen andere mensen. Er zijn geen twee huizen gelijk. Maar al die huizen zijn ooit in de steigers gezet. De steigers zijn universeel, functioneel. Wie wil genieten van een goed boek, een verdiepende gedichtenbundel, een spannende thriller of een eclectische karakterschets, doet er goed aan zich eerst te verdiepen in het geraamte van de realiteit, het Emergente Universum.

   Het gegoochel met getallen is ontsproten aan het menselijk brein. Dat garandeert geenszins de universele geldigheid van wiskunde. Dat een symfonie ons kan ontroeren, wil niet zeggen dat andere wezens door datzelfde muziekstuk worden bewogen. De God die alle volkeren op aarde aanbidden als de schepper van het universum hoeft niet dezelfde God te zijn van buitenaardse wezens. En ook de meewarige glimlach van de zelfingenomen atheïst zal verstarren op zijn/haar pad door het Emergente Universum.

 

 

Glitter en glans hebben nooit grip op hem gehad. De zoete fee verschijnt nog altijd in zijn dromen.

   Vanuit het midden omarmt Huby Moontrap de wereld. De hele inhoud gaat hem wat te ver, die is veel te groot, maar een aantal hotspots in het mozaïek zijn wellicht voldoende om de kern te vinden.

   Waar het om draait, aldus hoogleraar Moontrap, is de omhelzing met het al. De zin van het bestaan is de omhelzing van het zelf met het bestaan zelf. Het is maar net wat de woorden je zeggen.

  

 

Aanbevolen Nederlandstalige literatuur

George van Hal. Elastisch universum. Fontaine Uitgevers, 2016

Jacob Klapwijk. Heeft de evolutie een doel? Kok, 2009

Jos Koekkoek. Begrepen! Brave New Books, 2016

en het portret van de moderne samenleving 'Back to Utopia': tps://www.human.nl/2doc/2017/back-to-utopia.html

 

  

Een palindroom of keerwoord is een woord dat er van voor naar achteren gelezen hetzelfde uitziet als andersom. Een panlindroomzin is opgebouwd uit meerder palindromen en levert zowel vooruit als achteruit gelezen hetzelfde resultaat op. De palindroomzin in de titel is afkomstig uit de Opperlandse Taal- & Letterkunde van Hugo Brandt Cortsius, Querido, 1981.
 
In de eerste helft van de 20e eeuw werd door aanhangers van de relativistische kwantummechanica de antimaterie geïntroduceerd (bv positron door Paul Dirac). Later werd door andere fysici getracht de tijdsymmetrie te herstellen door het afleiden van retrocausaliteit (John Wheeler & Richard Feynman). Het concept werd afgewezen omdat het in strijd is met onze beleving van de voortgang van de tijd (syntropie versus entropie). In de psychologie en esoterie wordt nog wel vastgehouden aan de symmetrie van de tijd. Daarover is alleen Engelstalige literatuur, bv The Law of Syntropy van U. di Corpo & A. Vannini, Kindel/Amazon, 2011. Zie ook: http://www.syntropy.org/
 
De antimateriedeeltjes of tachyonen hebben altijd een snelheid groter dan die van het licht en spelen een rol in de snaartheorie. Sinds de 2e helft van de 20e eeuw spelen ze een belangrijke rol in tal van esoterische therapieën. Hierover is ruimschoots informatie te vinden op onderstaande Nederlandstalige sites http://www.tachyon-aanbieding.eu/Documentation/Tachyon%20Praktijk.pdf of http://www.tachyonenergie.be.
 
Voor alle duidelijkheid: e staat voor het grondtal van de natuurlijke logaritme ( = (1 + 1/n)n waarbij n nadert tot oneindig; e = 2,7182818…), i staat voor het imaginaire getal (-1)1/2 dat gebruikt kan worden om betekenis te geven aan negatieve getallen (in de fysica wel gebruikt om een tegengestelde lading of richting aan te duiden) en p staat voor de verhouding tussen de omtrek en de diameter van een cirkel (p = 3,1415926…).
 
Het Reynoldsgetal wordt onder meer gebruikt om de doorstroming van vloeistoffen door buizen te berekenen: Re = r.v.D /waarbij r staat voor de dichtheid, v staat voor de stroomsnelheid, staat voor de diameter van de buis en m staat voor de viscositeit (stroperigheid) van de vloeistof. Schaalvergroting wordt bij filmtrucages succesvol gecompenseerd door vertraging van de snelheid; bij schaalverkleining is er geen compensatie nodig omdat de meeste mensen toch niet weten dat water in een heel nauw buisje zich als een stroperige vloeistof gedraagt. Een hilarische film waarin sprake is van schaalverkleining is Innerspace van Joe Dante (1987) (https://www.youtube.com/watch?v=HLAbTbGQcr8)
Dit is verwant aan het antropisch principe: het universum dat wij waarnemen is het universum dat ons heeft voortgebracht; in elk ander universum zouden wij niet kunnen bestaan. De verschillende natuurconstanten hebben hun specifieke waarde omdat alleen bij die waarden ons universum, wij dus, kunnen bestaan. 

Gerelateerde Nederlandstalige literatuur: Paul Davies. Perfect Universum. Spectrum, 2007

Toen Benoit Mandelbrot gevraagd werd om zo precies mogelijk aan te geven hoe lang de Engelse kustlijn is, was er maar één antwoord mogelijk: oneindig lang. Immers, naarmate er gedetailleerder gemeten wordt, neemt de totale lengte toe (kustlijnparadox). Dat is het gevolg van de fractaalachtige eigenschap van kustlijnen. Het meten van lengtes is gebaseerd op rechte lijnstukken, maar natuurlijke grensvlakken zijn altijd gebogen (fractaal). Hoe kleiner de gebruikte lijnstukken, hoe preciezer de benadering. Door met oneindig kleine lijnstukken te werken kan de exacte waarde gevonden worden. Zie ook http://www.youtube.com/watch?v=G_GBwuYuOOs.

 

Recursief betekent 'zichzelf herhalend'. Een proces is recursief als één van de stappen waaruit het proces bestaat vraagt om herhaling van het volledige proces. En steeds opnieuw want binnen een recursief proces herhaalt dat proces zich telkens weer. In principe komt er nooit een einde aan een recursief proces. Recursieve constructies kunnen worden gevisualiseerd. Denk bijvoorbeeld aan Eschers voorstellingen van de zichzelf voedende waterval en de alsmaar via afdalende trappen in een kringetje rondlopende en op dezelfde plaats terugkerende monniken. Een ander voorbeeld is het Droste-effect, een visueel effect waarbij een afbeelding een verkleinde versie van zichzelf bevat. Zo'n momentopname levert de concrete constructie van het voortgaande recursieve proces.Baboesjka's, de elkaar omsluitende Russische poppetjes zijn een ander voorbeeld van zo'n constructie. Als deze recursieve reeks poppetjes zich eindeloos zou voortzetten zouden er snel poppetjes zijn die door hun geringe afmeting niet meer zichtbaar zijn. Douglas Hofstadter geeft in Gödel, Escher, Bach (Olympus, 2018) ook voorbeelden van recursie in de muziek en informatica. In de wiskunde wordt gebruik gemaakt van recursieve functies in de vorm van differentievergelijkingen.

Zie ook:https://nl.wikipedia.org/wiki/Recursie

Kleine oorzaken hebben soms grote gevolgen (chaostheorie) en grote zaken kunnen zonder het kleine helemaal niet ontstaan (emergentietheorie). Volgens die laatste opvatting is onze wereld ooit begonnen in een primordiaal beginpunt en heeft zich laag voor laag verder ontwikkeld. De eerste lagen zijn bekend als de hypothetische ontwikkelingsfasen van het uitdijende heelal (inflatie, afkoeling en samenklontering in een fractie van een seconde), het ontstaan van de lichte atomen na een paar honderdduizend jaar, stervorming en hun vernietiging waardoor het ontstaan grote moleculen, planeetvorming, ontstaan van leven, eerst fragmentarisch en microbieel, later meercellig inclusief afweer, daarna staten- en netwerkvorming. Al die lagen zijn emergente verschijningen, bestaan bij gratie van de onderliggende 'eenvoudiger’ lage waaruit ze zijn opgebouwd. Het geheel vormt een kleine 14 miljard jaar oud bouwwerk dat langs een verticale tijd-as als een ondersteboven berg kan worden voorgesteld. 
                                                                                                                                   
 

 

 

 

 

Hier begint het. In de navel van Europa. Op het dorpsplein dat inmiddels is verdwenen werden in 1810 nog Napolitaanse volksliedjes gezongen. Ooit heeft een jonge geitenhoeder hier afscheid genomen van zijn moeder, om later op de slavenmarkt van Djerba te worden verkocht aan Barbarijse zeerovers. In 1707 werden de katholieke bewoners onthaald op de occulte profetieën van rondtrekkende Camisards. Tevergeefs, de vonk sloeg niet over. De profetieën van vóór het Christendom hadden de gemeenschap meer bekoord.

   De omgeving is bezaaid met rotsblokken vol persoonlijke inscripties uit vroeger tijden, als een lithografisch equivalent van Facebook. Het duidt erop dat dit een druk bezochte plek geweest is. Als je om je heen kijkt, zie je niets van de imposante bouwwerken van weleer maar met behulp van drones en remote sensing kun je de uitgestrekte  fundamenten zichtbaar maken. Hier lag ooit een welvarende stad.

   Uit alle hoeken van de wereld stroomden mensen hier naartoe. Toen, net als nu. Het sjamanistisch heiligdom van deze ‘bedevaartplaats’ wordt nog gemarkeerd door de onthoofde slangenzuil, de opgerichte navelstreng. Vanaf haar zetel op de driepoot die gevormd werd door de drie reptielenkoppen maande het enige ware orakel ooit tot zelfbezinning en relativiteit. Haar uitspraken staan in de rotswanden gegrift. In Delphi.

 

 

Het Cyberium is de verzameling van toekomstige planetaire voortbrengselen die een nieuwe, emergente bestaansvorm vertegenwoordigt in onze melkweg (kolonisatie op grotere schaal ligt te ver in het verschiet). Dit galactisch stelsel omvat al een paar honderd miljard sterren en op statische gronden wordt het aantal planeten op honderd miljard geschat. Vele daarvan beschikken vermoedelijk over voldoende condities om via abiotische weg organische levensvormen voort te brengen (al weten we nog steeds niet hoe dat precies in zijn werk gaat). Na verloop van tijd (op aarde heeft het enkele miljarden jaren geduurd) verschijnen op die planeten voldoende intelligente levensvormen om bestaansvormen te creëren die niet langer aan de planeet gebonden zijn. Op aarde is dat begonnen met eenvoudige ruimterobots. Immuun voor koude, straling en verwering kunnen ze vele malen langer bestaan dan organismen. Hun ontwikkeling, door de mens in gang gezet en vervolgens door hen zelf ter hand genomen, wordt uitgebouwd tot onvoorstelbare proporties, waar de mens geen enkele vat op heeft maar ook geen angst voor hoeft te hebben. Daar zijn wij te onbeduidend voor. Wij kunnen ons beter zorgen maken over onze thuisplaneet en wellicht kunnen Cyberia ons daarbij een handje helpen.
 

In de catacomben van El Instituto para la promoción de la dignidad humana a través de la intelectuel y moral, kortweg El Instituto, bevindt zich het archief van de archeonauten, de tijdreizigers. Het archief, ook wel het Kompas voor onderweg genoemd, bevat gedetailleerde beschrijvingen van plaatsen en gebeurtenissen in het verleden en minder nauwkeurige notities over de dingen die in het verschiet liggen. Het aantal toekomstzoekers is nu eenmaal een stuk lager dan de enorme hoeveelheid geschiedschrijvers. Chroniqueurs van het verleden worden bovendien een stuk betrouwbaarder geacht omdat hun bevindingen eenvoudiger te controleren zijn. Toch worden ook de kronieken van het verschiet er zorgvuldig gekoesterd, als bakens in de tijd die de loop der gebeurtenissen langs de juiste banen kunnen leiden.
   Altijd al zijn er lieden geweest die aan de hand van zelfbenoemde tekens of onbenoemde inzichten dergelijke bakens hebben geïnstalleerd en vrijwel niemand blijft ongevoelig voor hun boodschap. De openbaringen van religieuze Heilsprofeten overtuigen nog steeds honderden miljoenen gelovigen. Anderen zijn in de ban van de paragnosie en stellen een groot vertrouwen in de pronostiek van Nostradamus, Baba Vanga en Mother Shipton. De meeste namen zijn vergeten maar sommige blijven in de herinnering. Zoals van de Trojaanse Cassandra en van de clairaudiënte Jeanne d’Arc. Alleen adepten zijn bekend met de vermeende gaven van de Ziener van Brahan, Madame Lenormand, Mühlhiasl, Cheiro, J.W. Dunne, Malachias of Stefan Ossowiecki, om er een paar te noemen.

Een speciale plaats wordt ingenomen door Hasan Pacha: van zijn bestaan is slechts een handjevol ingewijden op de hoogte.
   Werkzaam op het Indian Institute of Technology in Delhi heeft Hasan Pacha aan het eind van de vorige eeuw enkele fenomenale doorbraken bewerkstelligd die nauwlettend geheim werden gehouden. Door zijn spraakgebrek vrijgesteld van onderwijstaken, heeft de briljante onderzoeker al zijn aandacht kunnen wijden aan ongekende nanofarmacologische innovaties die potenties verlenen om buiten de eigen tijd te treden. Uitdrukkelijk tegen de wens van zijn werkgever heeft de eigenzinnige Pacha zichzelf gebruikt als proefkonijn en is daarbij verslingerd geraakt aan historische uitstapjes. Hij is, zogezegd, een TTA (Time Traveling Addict) en in deze hoedanigheid heeft hij interessante verslagen geleverd.
    Sindsdien is het Kompas voor onderweg aanzienlijk uitgebreid. Onduidelijkheden zijn opgehelderd, hiaten van een invulling voorzien, ongeloofwaardigheden alsnog bevestigd of definitief uit de wereld geholpen en compleet nieuwe perspectieven toegevoegd. Dreigend ruimtegebrek is aanleiding geweest voor het Oudheidkundig Genootschap om een subsidieaanvraag in te dienen. Die zeker zal worden afgewezen omdat de aanleiding niet ontvankelijk zal worden verklaard, omdat deze als volslagen ongeloofwaardig in de prullenbak zal verdwijnen.
   De bemoeienis van Hasan Pacha met historische momenten heeft, dankzij zijn uiterst zorgvuldig optreden, geen invloed van betekenis op de loop der gebeurtenissen gehad. Niettemin heeft hij het steeds vertikt om zich uitsluitend als bescheiden toeschouwer op te stellen. Geregeld treedt hij daadwerkelijk in contact met bestaande mensen van wie we zonder zijn inmenging wellicht nooit hadden gehoord. Zo bestaat het vermoeden dat eerder genoemde verkondigers van een toekomstig gebeuren door hem van informatie zijn voorzien. Er is geen enkel bewijs voor dergelijke speculaties maar enkele archiefstukken suggereren zijn onbedwingbare zucht om de dingen naar zijn hand te zetten.
   Enkele geschriften die afkomstig zijn uit het San Francisco klooster in Lima gewagen van een dolende frater – onmiskenbaar Hasan Pacha – met een atheïstische boodschap.
   Uit de erven Flint is een dagboek afkomstig waarin de oprichter van IBM een beschrijving geeft van zijn inspiratiebron: een speeldoos die hij van een vriendin cadeau gekregen had. Die het op haar beurt zou hebben gekregen van een spookverschijning met een spraakgebrek. De bijgevoegde tekening laat evenwel zien dat het ging om een muziekautomaat die toen nog niet op de markt was.
Tenslotte is er een middeleeuws reisverslag van de handelskoerier Salah Marouni. Op één van zijn missies in de Bourgondische Nederlanden had hij een assistent die hem hondertuit an sein kop hat geseurt over een ‘witte engel’. Deze was herhaaldelijk aan hem verschenen, had hem in een brabbeltaaltje de wonderlijkste dingen verteld en ideeën ingefluisterd waarvan de artistieke jongeman in zijn schetsboek een tekening had gemaakt. Onder andere van een karretje waarop men zich zonder rijdier kon voortbewegen.
   Helaas ligt het schetsboek niet in het archief. Gevreesd wordt dat het is verloren gegaan.

 

 

 

 

Een kind speelt met zand en water. Altijd en overal ter wereld. Iedereen weet dat je droog zand net als water kunt uitschenken, met een emmertje of een gietertje. Het stroomt. Maar als je het zand een beetje nat maakt, dan gaat het niet meer. Dan kleeft het aan elkaar en vormt het kluiten. Je kunt er mee gooien, je kunt het in je mond stoppen, je kunt er indrukwekkende bouwsels mee maken, maar stromen doet het niet. Als kind sta je daar niet zo bij stil. Pas als je ouder bent, wil je wel eens weten waarom twee afzonderlijk stromende sub-stanties samengevoegd een modderzooitje vormen. Het antwoord is: emergentie.

   Op de middelbare school kon de scheikundeleraar ons verbazen met een oplossing die voortdurend van kleur veranderde zonder dat er een nieuwe stof aan het mengsel werd toegevoegd. Bij zijn uitleg werd pas duidelijk dat een dergelijk verschijnsel het gevolg is van een zogenaamd oscillerende chemische reactieketen, de Briggs-Rauscher oscillatie : doordat sommige stoffen in de oplossing met elkaar rea-geren en een verbinding vormen die zelf weer invloed heeft op andere chemische reacties in het mengsel, volgen verschillende reacties in de oplossing elkaar op; de laatst gevormde stof heeft telkens invloed op de voorgaande verbindingen in de oplossing waarna het proces zichzelf voortdurend herhaalt (autokatalyse). Bij elk van de reacties ontstaat een verbinding die de oplossing een andere kleur geeft. Ook dit is een voorbeeld van emergentie

   Het mengen van zand en water is geen ingewikkeld chemisch proces. Dat nat zand andere eigenschappen heeft dan zand en water af-zonderlijk komt door verschillen in fysische eigenschappen. Zandkorrels hebben gladde oppervlakten. Bij droog zand zit er lucht tussen de korrels waardoor ze makkelijk over elkaar heen glijden (als knikkers). Als het zand een beetje nat wordt, vult het water de ruimtes tussen de korrels die door adhesie (aantrekking tussen ongelijke stoffen) aan elkaar kleven. Het water werkt dus als een soort lijm. Als je meer water toevoegt gaat de onderlinge aantrekking tussen de watermoleculen (cohesie) domineren en krijg je blubber.

 

Wanneer door een combinatie van factoren een nieuwe, nog niet eerder geopenbaarde kwaliteit opduikt, noemt men die kwaliteit een emergente eigenschap. De herkomst van die kwaliteit of eigenschap kan tot verwarring leiden. Bij het reduceren van emergente syste-men verdwijnen ze eenvoudig uit beeld. De natheid van het water kan men niet afleiden uit afzonderlijke watermoleculen net zo min als uit het gedrag van één mier de organisatie van de kolonie valt af te leiden.

   Dat emergentie geen reductionistische oorsprong lijkt te hebben, wil niet zeggen dat het doelgericht is, teleologisch of zelfs goddelijk. Het is niet raadselachtiger dan het begrip informatie. Ook die verdwijnt als er geen uitwisseling is. En informatie (taal) kan evenmin worden gereduceerd zonder haar betekenis te verliezen en onbegrijpelijk te worden.

 

Een emergente eigenschap is het gevolg van interacties. Emergentie ontstaat door de wisselwerking tussen moleculen, substanties, levende wezens. Samenwerking tussen mensen levert coöperatieve meerwaarde; een typisch voorbeeld van emergentie.

 

Emergentie is nauw verwant aan synergie, waarbij de nieuwe eigenschap als meerwaarde wordt opgevat. Zoals je met zand en water een zandkasteel kunt bouwen. Per slot van rekening bevatten afzonderlijke zandkorrels en waterdruppels geen blauwdruk van het bouwwerk.

   Oorspronkelijk betekent synergie dat het geheel meer is dan de som der delen. De term wordt vaak gebruikt als verkooptruc om de na-delige kanten van bedrijfsfusies te verhullen. Onder het mom van de meerwaarde van samenwerking door/voor het personeel (probeer maar eens in je eentje te klaverjassen) konden de commissarissen het emergente profijt opstrijken. Maar ook al is er wel eens misbruik van gemaakt, het uitbreiden van een organisatie ter verbetering van de onderlinge samenwerking – en daarmee van de productiviteit – is evident.

 

Binnen elk bedrijf bestaat een zekere mate van coördinatie tussen de werknemers. Deze decentrale zelfsturende groepen kunnen spon-taan ontstaan en het bedrijf ontwrichten. Het centrale management doet er verstandig aan om na te gaan waardoor de potentiële onbe-stuurbaarheid is ontstaan. Het toelaten van decentrale zelfsturing kan anderzijds in een bedrijfsorganisatie het primaire doel van de organisatie dienen.

 

Wandelend over het strand van het eiland Sicilië kwam Empedocles meer dan vierhonderd jaar voor het begin van onze jaartelling op het idee van zijn kosmogonie. De oerstoffen van eerdere natuurfilosofen en de overweldigende aanwezigheid van zand, zee, zon en wind inspireerden hem tot de leer van de vier elementen: aarde, water, lucht en vuur. Al het overige was in zijn ogen niet meer dan een meng-vorm van deze vier elementen en verkreeg daarmee de emergente eigenschappen die nog altijd kenmerkend zijn voor elke substantie. Een interessante gedachtegang die door eeuwenlang methodisch denkwerk en experimentele toetsing grondig is veranderd (ook met behoud van emergentie zouden we anders zonder kunstmest, antibiotica en mobieltjes door het leven gaan).

 

Emergentie lijkt ook een rol te spelen bij de grote transities in de biologie, zoals de eencellige, samengesteld uit microben, tot meer in staat is dan de vrije microben tezamen of zoals de kenmerken van planten en dieren niet zijn te herleiden tot hun afzonderlijke cellen; alleen tot de combinatie ervan. Er lijkt sprake te zijn van opeenvolgende lagen of niveaus waarbij telkens nieuwe kenmerken en eigen-schappen tevoorschijn komen.

 

In zijn Algemene Systeemtheorie introduceerde Von Bertalanffy halverwege de vorige eeuw een hiërarchische opbouw van de werkelijk-heid, analoog aan de hierboven genoemde lagen. Systeem-theorieën werden verder ontwikkeld in chaotische, cybernetische en zelf-organiserende systemen, zoals in gedecentraliseerde complexe netwerken die ook wel stigmergische systemenworden genoemd. De relatief eenvoudige bestanddelen waaruit een systeem is opgebouwd, interacteren op niet-lineaire wijze met elkaar. Dat wil zeggen dat hun activiteiten niet eenvoudig kunnen worden opgeteld. Uit hun interactie ontstaat de emergentie van het systeem als geheel. Sociale (inter)-netwerken zijn cybernetische voorbeelden van dergelijke systemen en de maatschappelijke gevolgen van de doelgerichte infor-matie-uitwisseling via dit soort vrij toegankelijke en bruikbare bronnen op internet (open source) zijn bezig te ontluiken. De wiki's spelen een niet meer weg te denken rol op het gebied van snelle en wereldwijde uitwisseling van informatie en kennis. Zowel in het verwerven als in het verstrekken, wel te verstaan.

   Emergentie kan dus het gevolg zijn van een groot aantal variabelen. Uit analyse van complexe systemen als wervelingen, kolonievor-ming of hersenactiviteit blijkt dat die verschijnselen het resultaat zijn van verschillende opeenvolgende krachten (in plaats van kleuren).

 

Iets krijgt pas betekenis als het zich onderscheidt van iets anders (op hetzelfde hiërarchische niveau). Er bestaat echter geen betekenis zonder verbanden net zo min er verbanden bestaan zonder dat er betekenis is (van de dingen die verband houden). Een verschijnsel bestaat bij de gratie van de context.

 

Taal is ook zo'n toverbal. Vervang één woord, of laat het weg, en de boodschap kan een andere betekenis krijgen – soms is zelfs verande-ring in de interpunctie voldoende om in een historische context alles op losse schroeven te zetten.

   Taal, het middel van alle informatie, kan vele vormen hebben, variërend van de stikstofbasen-volgorde in kernzuren, chemische prikkels en kleurpatronen bij veel organismen tot de gesproken en geschreven symbolen bij de mens. De boodschap zit niet in de symbolen maar in de combinaties en volgorde. De boodschap kan voor meerdere uitleg vatbaar zijn. In de reclame wordt gretig gebruik gemaakt van de dubbelzinnigheden en schokeffecten waardoor het waarheidsgehalte van de boodschap echter devalueert.

   Om de aandacht te vestigen op de tolerante huisvestingsbeloften van de kunstmatige archipel  "De Wereld" voor de kust van Dubai, werd een reclamebureau ingeschakeld dat met de volgende tekst kwam:

 

het land van zand en water

heeft voor iedereen een huis

voor moslims met een kater en

voor christenen zonder kruis

 

Uit vrees dat men in de echte wereld deze tekst mogelijk blasfemisch zou vinden, is hij weer ingetrokken. Het benadrukt de (semi)-emergente kracht van taal. Niet zozeer de taal zelf is emergent, maar de combinatie met andere sociaal-culturele fenomenen. Men spreekt van dubbelzinnigheden, valse informatie die op meer dan één manier kan worden geïnterpreteerd. Een echte zal wellicht spreken van performativiteit: religiositeit in dienst gesteld van geldgewin waardoor het dat ook wordt. Die ruimere, en daarmee tevens onduidelijke informatie wordt meestal niet op prijs gesteld.*

 

Talige informatie vormt het fundament van sociale netwerken. Daarvan is inmiddels bekend hoe groot hun maatschappelijke invloed kan zijn (denk aan twitter).

 

                  'Niemand heeft ooit iets goeds over me gezegd. Iedereen is eropuit om me te vernederen. Nog een geluk dat ik geen aanleg heb voor paranoia.'                                                                                                       Joost Zwagerman in Chaos en Rumoer '04

 

Geweldig, dat een schrijver zijn hoofdpersoon iets kan laten zeggen dat door een ander weer kan worden geciteerd. Waarmee gesugge-reerd wordt dat de schrijver het over zichzelf had. En daarmee elke onnozelaar op het verkeerde been zet. List en bedrog (L & B) maken, net als reclame en humor, gebruik van de emergente eigenschappen die taal biedt. Toen Henk Westbroek zong dat vriendschap niet meer is dan 'een pakketje schroot met een dun laagje chroom' werd hij meewarig van somberheid beticht. Alsof tekstschrijvers en auteurs van boeken automatisch samenvallen met de personages die ze aan het woord laten. Strikt genomen zijn fantasie, ratio en empirie in taal niet van elkaar te onderscheiden. Daarvoor zijn spelregels nodig en die worden soms geschonden.

 

En dan is er nog de sociale emergentie. Synergie door samenwerking tussen enkele individuen heeft altijd bestaan. Onze huidige mon-diale samenleving is in tienduizend jaar uitgegroeid tot een immens netwerk van sociale complexiteit. Anonieme afhankelijkheidsrelaties tussen personen leiden via geldstromen en vergaande arbeidsdeling tot emergente begrippen als (vrije)markteconomie, organische solidariteit (sociale verantwoordelijkheid) en overheidsingrijpen.

 

Democratische samenlevingen ontlenen  spankracht aan hun gelaagde (emergente) structuur: een centrale overheid gecombineerd met decentrale 'gemeenten' en gekozen door de individuele leden. Samenlevingen met uitsluitend een top-bottom structuur ontlenen hun stabiliteit aan staatsterreur.

 

Elke samenleving is gelaagd, ook de meest primitieve: een leider, eventueel omringd door een kleine elite, voert het bevel over een groep onderhorigen. De groepsgrootte is begrensd. Als die grens wordt overschreden, trekt een deel van de groep weg en vormt een nieuwe groep met een eigen leider. Met het oog op sociale samenhang ligt de ideale groepsgrootte bij mensen tussen de 100 en 200 personen. Als de groep te groot wordt valt deze uiteen, letterlijk dan wel figuurlijk. Het aantal medemensen waarmee iemand een prettige sociale relatie kan onderhouden, wordt begrensd door een biologische factor. Bij grotere aantallen ontstaat de behoefte aan een hiërarchische ordening.

 

De moderne samenleving bestaat uit elkaar overlappende sub-units waarbinnen traditioneel persoonlijke wederkerigheidsrelaties bestaan ter bevrediging van menselijke behoeften aan gemeenschappelijkheid en consideratie. Ook dat zijn emergente eigenschappen.

 

Overal ter wereld speelt een kind met zand en water, bouwt het zandkastelen, luchtkastelen, paleizen van God (want als je maar lang genoeg vraagt Waarom doe je dat? is het antwoord uiteindelijk 'Omdat God …').

 

In een gedecentraliseerde zelforganiserende samenleving  bestaat er positieve terugkoppeling tussen persoonlijk geluk en voorspoed. Anders gezegd, ze stimuleren elkaar.

 

Emergente verschijnselen lijken uit het niets tevoorschijn te komen. Maar dat is schijn. Een lichtstraal zie je ook pas als het licht direct op je netvlies valt. En alleen dán kun je zien waar die lichtstraal eigenlijk vandaan komt. De wisselwerking tussen lichtdeeltjes en gezichtscellen levert de emergente eigenschap op die we zien noemen.

 

De ultieme vraag is natuurlijke of God emergent is. God zie je tenslotte ook nooit.

   Een bevestigend antwoord betekent dat God kan worden beschouwd als een complex adaptief systeem dat bestaat dankzij decentrale zelforganisatie. Gelovigen zien God liever als een homogene, allesomvattende en vooral centrale autoriteit.

   In het geval dat God géén emergent verschijnsel is, wordt Hij als zelfstandige entiteit buiten ons universum geplaatst. En daarmee buitenspel. Hij is dan niet kenbaar en dus praktisch onbestaanbaar.

   De waarheid is wat kinderen zingen in het lied van zand en water.

 

 

 


Nederlandstalige bronnen:

Frans van Eijnatten. Verdieping van chaosdenken. Gorcum, 2002.

Jaap van Ginniken. Het enthousiasmevirus. Business Contact, 2012

Francis Heylighen. Complexiteit en Evolutie. http://www.academia.edu/2859958/Complexiteit_en_evolutie, 2008

Douglas Hofstadter. Gödel, Escher, Bach: een eeuwige gouden band. Contact,1985

Jacques van Hoof. Sociologie en de moderne samenleving. Boom, 1996

Jacob Klapwijk. Heeft evolutie een doel? Over schepping en emergente evolutie. Kok, 2009

Roger Lewin. Complexiteit. Contact, 1993

Patrick Savalle, Wim Hofland & Arnd Brugman. Teampark. Platform en Methode. Sogetibooks, 2010

 

Halverwege de vorige eeuw waren toverballen een populair soort snoepgoed. De stuitergrote bal smelt door het speeksel in de mond waardoor achtereenvolgens verschillend gekleurde suikerlaagjes tevoorschijn komen.
Er bestaan veel oscillerende (slingerende) chemische reacties. Naast de Briggs-Rauscher reactie is een ander bekend schoolvoorbeeld de Belousov-Zhabotinsky reactie. Zie ook: https://www.youtube.com/watch?v=mG5cdFeKaj4

Zulke oscillerende reacties kunnen ook worden opgevat als recursieve processen: klik hier

 

 

LIED VAN ZAND EN WATER

Wat de fuk is emergentie?

 

  

Het Emergente Universum is een toverbal . De kleur van elke laag wordt bepaald door alle andere lagen samen. Als één laag van kleur verschiet, verandert die in álle lagen. Deze voorstelling van zaken is louter hypothetisch want een laag kán niet van kleur veranderen omdat die juist bepaald wordt door die van alle andere lagen. Dat betekent niet dat het Emergente Universum onveranderlijk is. Er kan een nieuwe laag ontstaan waarvan de kleur be-paald wordt door de al aanwezige lagen. Of de kleur van de nieuwe laag zelf weer van invloed is op de al bestaande lagen is onbekend.     

 

Een kind speelt met zand en water. Altijd en overal ter wereld. Iedereen weet dat je droog zand net als water kunt uitschenken, met een emmertje of een gietertje. Het stroomt. Maar als je het zand een beetje nat maakt, dan gaat het niet meer. Dan kleeft het aan elkaar en vormt het kluiten. Je kunt er mee gooien, je kunt het in je mond stoppen, je kunt er indrukwekkende bouwsels mee maken, maar stromen doet het niet. Als kind sta je daar niet zo bij stil. Pas als je ouder bent, wil je wel eens weten waarom twee afzonderlijk stromende substanties samengevoegd een modderzooitje vormen. Het antwoord is: emergentie.

   Op de middelbare school kon de scheikundeleraar ons verbazen met een oplossing die voortdurend van kleur veranderde zonder dat er een nieuwe stof aan het mengsel werd toegevoegd. Bij zijn uitleg werd pas duidelijk dat een dergelijk verschijnsel het gevolg is van een zogenaamd oscillerende chemische reactieketen, de Briggs-Rauscher oscillatie : doordat sommige stoffen in de oplossing met elkaar rea-geren en een verbinding vormen die zelf weer invloed heeft op andere chemische reacties in het mengsel, volgen verschillende reacties in de oplossing elkaar op; de laatst gevormde stof heeft telkens invloed op de voorgaande verbindingen in de oplossing waarna het proces zichzelf voortdurend herhaalt (autokatalyse). Bij elk van de reacties ontstaat een verbinding die de oplossing een andere kleur geeft. Ook dit is een voorbeeld van emergentie

   Het mengen van zand en water is geen ingewikkeld chemisch proces. Dat nat zand andere eigenschappen heeft dan zand en water afzonderlijk komt door verschillen in fysische eigenschappen. Zandkorrels hebben gladde oppervlakten. Bij droog zand zit er lucht tussen de korrels waardoor ze makkelijk over elkaar heen glijden (als knikkers). Als het zand een beetje nat wordt, vult het water de ruimtes tussen de korrels die door adhesie (aantrekking tussen ongelijke stoffen) aan elkaar kleven. Het water werkt dus als een soort lijm. Als je meer water toevoegt gaat de onderlinge aantrekking tussen de watermoleculen (cohesie) domineren en krijg je blubber.

 

Wanneer door een combinatie van factoren een nieuwe, nog niet eerder geopenbaarde kwaliteit opduikt, noemt men die kwaliteit een emergente eigenschap. De herkomst van die kwaliteit of eigenschap kan tot verwarring leiden. Bij het reduceren van emergente systemen verdwijnen ze eenvoudig uit beeld. De natheid van het water kan men niet afleiden uit afzonderlijke watermoleculen net zo min als uit het gedrag van één mier de organisatie van de kolonie valt af te leiden.

   Dat emergentie geen reductionistische oorsprong lijkt te hebben, wil niet zeggen dat het doelgericht is, teleologisch of zelfs goddelijk. Het is niet raadselachtiger dan het begrip informatie. Ook die verdwijnt als er geen uitwisseling is. En informatie (taal) kan evenmin worden gereduceerd zonder haar betekenis te verliezen en onbegrijpelijk te worden.

 

Een emergente eigenschap is het gevolg van interacties. Emergentie ontstaat door de wisselwerking tussen moleculen, substanties, levende wezens. Samenwerking tussen mensen levert coöperatieve meerwaarde; een typisch voorbeeld van emergentie.

 

Emergentie is nauw verwant aan synergie, waarbij de nieuwe eigenschap als meerwaarde wordt opgevat. Zoals je met zand en water een zandkasteel kunt bouwen. Per slot van rekening bevatten afzonderlijke zandkorrels en waterdruppels geen blauwdruk van het bouwwerk.

   Oorspronkelijk betekent synergie dat het geheel meer is dan de som der delen. De term wordt vaak gebruikt als verkooptruc om de nadelige kanten van bedrijfsfusies te verhullen. Onder het mom van de meerwaarde van samenwerking door/voor het personeel (probeer maar eens in je eentje te klaverjassen) konden de commissarissen het emergente profijt opstrijken. Maar ook al is er wel eens misbruik van gemaakt, het uitbreiden van een organisatie ter verbetering van de onderlinge samenwerking – en daarmee van de productiviteit – is evident.

 

Binnen elk bedrijf bestaat een zekere mate van coördinatie tussen de werknemers. Deze decentrale zelfsturende groepen kunnen spontaan ontstaan en het bedrijf ontwrichten. Het centrale management doet er verstandig aan om na te gaan waardoor de potentiële onbestuurbaarheid is ontstaan. Het toelaten van decentrale zelfsturing kan anderzijds in een bedrijfsorganisatie het primaire doel van de organisatie dienen.

 

Wandelend over het strand van het eiland Sicilië kwam Empedocles meer dan vierhonderd jaar voor het begin van onze jaartelling op het idee van zijn kosmogonie. De oerstoffen van eerdere natuurfilosofen en de overweldigende aanwezigheid van zand, zee, zon en wind inspireerden hem tot de leer van de vier elementen: aarde, water, lucht en vuur. Al het overige was in zijn ogen niet meer dan een mengvorm van deze vier elementen en verkreeg daarmee de emergente eigenschappen die nog altijd kenmerkend zijn voor elke substantie. Een interessante gedachtegang die door eeuwenlang methodisch denkwerk en experimentele toetsing grondig is veranderd (ook met behoud van emergentie zouden we anders zonder kunstmest, antibiotica en mobieltjes door het leven gaan).

 

Emergentie lijkt ook een rol te spelen bij de grote transities in de biologie, zoals de eencellige, samengesteld uit microben, tot meer in staat is dan de vrije microben tezamen of zoals de kenmerken van planten en dieren niet zijn te herleiden tot hun afzonderlijke cellen; alleen tot de combinatie ervan. Er lijkt sprake te zijn van opeenvolgende lagen of niveaus waarbij telkens nieuwe kenmerken en eigenschappen tevoorschijn komen.

 

In zijn Algemene Systeemtheorie introduceerde Von Bertalanffy halverwege de vorige eeuw een hiërarchische opbouw van de werkelijkheid, analoog aan de hierboven genoemde lagen. Systeem-theorieën werden verder ontwikkeld in chaotische, cybernetische en zelf-organiserende systemen, zoals in gedecentraliseerde complexe netwerken die ook wel stigmergische systemenworden genoemd. De relatief eenvoudige bestanddelen waaruit een systeem is opgebouwd, interacteren op niet-lineaire wijze met elkaar. Dat wil zeggen dat hun activiteiten niet eenvoudig kunnen worden opgeteld. Uit hun interactie ontstaat de emergentie van het systeem als geheel. Sociale (inter)-netwerken zijn cybernetische voorbeelden van dergelijke systemen en de maatschappelijke gevolgen van de doelgerichte infor-matie-uitwisseling via dit soort vrij toegankelijke en bruikbare bronnen op internet (open source) zijn bezig te ontluiken. De wiki's spelen een niet meer weg te denken rol op het gebied van snelle en wereldwijde uitwisseling van informatie en kennis. Zowel in het verwerven als in het verstrekken, wel te verstaan.

   Emergentie kan dus het gevolg zijn van een groot aantal variabelen. Uit analyse van complexe systemen als wervelingen, kolonievorming of hersenactiviteit blijkt dat die verschijnselen het resultaat zijn van verschillende opeenvolgende krachten (in plaats van kleuren).

 

Iets krijgt pas betekenis als het zich onderscheidt van iets anders (op hetzelfde hiërarchische niveau). Er bestaat echter geen betekenis zonder verbanden net zo min er verbanden bestaan zonder dat er betekenis is (van de dingen die verband houden). Een verschijnsel bestaat bij de gratie van de context.

 

Taal is ook zo'n toverbal. Vervang één woord, of laat het weg, en de boodschap kan een andere betekenis krijgen – soms is zelfs verandering in de interpunctie voldoende om in een historische context alles op losse schroeven te zetten.

   Taal, het middel van alle informatie, kan vele vormen hebben, variërend van de stikstofbasen-volgorde in kernzuren, chemische prikkels en kleurpatronen bij veel organismen tot de gesproken en geschreven symbolen bij de mens. De boodschap zit niet in de symbolen maar in de combinaties en volgorde. De boodschap kan voor meerdere uitleg vatbaar zijn. In de reclame wordt gretig gebruik gemaakt van de dubbelzinnigheden en schokeffecten waardoor het waarheidsgehalte van de boodschap echter devalueert.

   Om de aandacht te vestigen op de tolerante huisvestingsbeloften van de kunstmatige archipel  "De Wereld" voor de kust van Dubai, werd een reclamebureau ingeschakeld dat met de volgende tekst kwam:

 

het land van zand en water

heeft voor iedereen een huis

voor moslims met een kater en

voor christenen zonder kruis

 

Uit vrees dat men in de echte wereld deze tekst mogelijk blasfemisch zou vinden, is hij weer ingetrokken. Het benadrukt de (semi)-emergente kracht van taal. Niet zozeer de taal zelf is emergent, maar de combinatie met andere sociaal-culturele fenomenen. Men spreekt van dubbelzinnigheden, valse informatie die op meer dan één manier kan worden geïnterpreteerd. Een echte zal wellicht spreken van performativiteit: religiositeit in dienst gesteld van geldgewin waardoor het dat ook wordt. Die ruimere, en daarmee tevens onduidelijke informatie wordt meestal niet op prijs gesteld.*

 

Talige informatie vormt het fundament van sociale netwerken. Daarvan is inmiddels bekend hoe groot hun maatschappelijke invloed kan zijn (denk aan twitter).

 

                  'Niemand heeft ooit iets goeds over me gezegd. Iedereen is eropuit om me te vernederen. Nog een geluk dat ik geen aanleg heb voor paranoia.'                                                                                                       Joost Zwagerman in Chaos en Rumoer '04

 

Geweldig, dat een schrijver zijn hoofdpersoon iets kan laten zeggen dat door een ander weer kan worden geciteerd. Waarmee gesuggereerd wordt dat de schrijver het over zichzelf had. En daarmee elke onnozelaar op het verkeerde been zet. List en bedrog (L & B) maken, net als reclame en humor, gebruik van de emergente eigenschappen die taal biedt. Toen Henk Westbroek zong dat vriendschap niet meer is dan 'een pakketje schroot met een dun laagje chroom' werd hij meewarig van somberheid beticht. Alsof tekstschrijvers en auteurs van boeken automatisch samenvallen met de personages die ze aan het woord laten. Strikt genomen zijn fantasie, ratio en empirie in taal niet van elkaar te onderscheiden. Daarvoor zijn spelregels nodig en die worden soms geschonden.

 

En dan is er nog de sociale emergentie. Synergie door samenwerking tussen enkele individuen heeft altijd bestaan. Onze huidige mondiale samenleving is in tienduizend jaar uitgegroeid tot een immens netwerk van sociale complexiteit. Anonieme afhankelijkheidsrelaties tussen personen leiden via geldstromen en vergaande arbeidsdeling tot emergente begrippen als (vrije)markteconomie, organische solidariteit (sociale verantwoordelijkheid) en overheidsingrijpen.

 

Democratische samenlevingen ontlenen  spankracht aan hun gelaagde (emergente) structuur: een centrale overheid gecombineerd met decentrale 'gemeenten' en gekozen door de individuele leden. Samenlevingen met uitsluitend een top-bottom structuur ontlenen hun stabiliteit aan staatsterreur.

 

Elke samenleving is gelaagd, ook de meest primitieve: een leider, eventueel omringd door een kleine elite, voert het bevel over een groep onderhorigen. De groepsgrootte is begrensd. Als die grens wordt overschreden, trekt een deel van de groep weg en vormt een nieuwe groep met een eigen leider. Met het oog op sociale samenhang ligt de ideale groepsgrootte bij mensen tussen de 100 en 200 personen. Als de groep te groot wordt valt deze uiteen, letterlijk dan wel figuurlijk. Het aantal medemensen waarmee iemand een prettige sociale relatie kan onderhouden, wordt begrensd door een biologische factor. Bij grotere aantallen ontstaat de behoefte aan een hiërarchische ordening.

 

De moderne samenleving bestaat uit elkaar overlappende sub-units waarbinnen traditioneel persoonlijke wederkerigheidsrelaties bestaan ter bevrediging van menselijke behoeften aan gemeenschappelijkheid en consideratie. Ook dat zijn emergente eigenschappen.

 

Overal ter wereld speelt een kind met zand en water, bouwt het zandkastelen,

luchtkastelen, paleizen van God (want als je maar lang genoeg vraagt Waarom

doe je dat? is het antwoord uiteindelijk 'Omdat God …').

 

In een gedecentraliseerde zelforganiserende samenleving  bestaat er positieve terugkoppeling tussen persoonlijk geluk en voorspoed. Anders gezegd, ze stimuleren elkaar.

 

Emergente verschijnselen lijken uit het niets tevoorschijn te komen. Maar dat is schijn. Een lichtstraal zie je ook pas als het licht direct op je netvlies valt. En alleen dán kun je zien waar die lichtstraal eigenlijk vandaan komt. De wisselwerking tussen lichtdeeltjes en gezichtscellen levert de emergente eigenschap op die we zien noemen.

 

De ultieme vraag is natuurlijke of God emergent is. God zie je tenslotte ook nooit.

   Een bevestigend antwoord betekent dat God kan worden beschouwd als een complex adaptief systeem dat bestaat dankzij decentrale zelforganisatie. Gelovigen zien God liever als een homogene, allesomvattende en vooral centrale autoriteit.

   In het geval dat God géén emergent verschijnsel is, wordt Hij als zelfstandige entiteit buiten ons universum geplaatst. En daarmee buitenspel. Hij is dan niet kenbaar en dus praktisch onbestaanbaar.

   De waarheid is wat kinderen zingen in het lied van zand en water.

 

 

 


Nederlandstalige bronnen:

Frans van Eijnatten. Verdieping van chaosdenken. Gorcum, 2002.

Jaap van Ginniken. Het enthousiasmevirus. Business Contact, 2012

Francis Heylighen. Complexiteit en Evolutie. http://www.academia.edu/2859958/Complexiteit_en_evolutie, 2008

Douglas Hofstadter. Gödel, Escher, Bach: een eeuwige gouden band. Contact,1985

Jacques van Hoof. Sociologie en de moderne samenleving. Boom, 1996

Jacob Klapwijk. Heeft evolutie een doel? Over schepping en emergente evolutie. Kok, 2009

Roger Lewin. Complexiteit. Contact, 1993

Patrick Savalle, Wim Hofland & Arnd Brugman. Teampark. Platform en Methode. Sogetibooks, 2010

 

Halverwege de vorige eeuw waren toverballen een populair soort snoepgoed. De stuitergrote bal smelt door het speeksel in de mond waardoor achtereenvolgens verschillend gekleurde suikerlaagjes tevoorschijn komen.
Er bestaan veel oscillerende (slingerende) chemische reacties. Naast de Briggs-Rauscher reactie is een ander bekend schoolvoorbeeld de Belousov-Zhabotinsky reactie. Zie ook: https://www.youtube.com/watch?v=mG5cdFeKaj4

Zulke oscillerende reacties kunnen ook worden opgevat als recursieve processen: klik hier

Autokatalyse is een zichzelf voortstuwend reactieproces. Vermoed wordt dat het een essentieel proces was bij het ontstaan van leven uit niet-leven (abiogenese).
Adhesie en cohesie worden veroorzaakt door zwakke elektromagnetische krachten tussen moleculen (vanderwaalskrachten). Op het niveau van knikkers spelen die krachten geen rol.
Het reductionisme is de lineair-analytische opvatting waarmee alles herleid zou kunnen worden tot de meest fundamentele bouwstenen en krachten. Teleologie is de filosofische leer die veronderstelt dat fenomenen doelgericht zijn (de oorzaak ligt in de toekomst).
De bedoelde filosofen  zijn Thales (water), Anaximenes (lucht), Xenophanes (aarde) en Heraclitus (vuur).
Volgens de endosymbiontentheorie zijn ééncelligen ontstaan uit kolonies van verschillende soorten bacteriën.

 

Karl Ludwig von Bertalanffy was een Oostenrijkse bioloog die bekend is geworden als grondlegger van de algemene systeemtheorie waarmee het mogelijk werd om begrippen en modellen uit verschillende wetenschappelijke disciplines te verenigen.
Stigmergie is een vorm van zelforganisatie, waarschijnlijk het sterkst aanwezig in de complexe adaptieve systemen (CAS) die uiteenlopende onderzoekers van het Santa Fe Instituut (New Mexico) al jaren onderzoeken.
Zie bv. Leestekens en hoofdletters van Aat Vervoorn, Spectrum, 1981.
Gebleken is dat bij sociale primaten de groepsgrootte is gecorreleerd met de omvang van de hersenschors.
Om welke God het hier gaat blijft onbesproken. De Heilige Drie-eenheid, JHWH, Allah, Brahma,  hedendaagse wereldgods-diensten hanteren verschillende namen. Alleen de moslims erkennen maar één God; wie geen Islamiet is, is een ongelovige.
  

 

Een heerlijk voorbeeld van calvinistische burgertrots is de mop over de spijkers van Van Leeuwen:
De ijzerhandel Van Leeuwen wil promotie maken voor hun spijkers en neemt een reclamebureau in de arm. Na korte tijd presenteert het bureau een affiche: een afbeelding van Jezus aan het kruis met daaronder de tekst: "Jezus hangt hier al eeuwen, dankzij de spijkers van Van Leeuwen". De heer Van Leeuwen is geschokt maar laat zich niet kennen. Met een opmerking over de slecht lopende tekst wijst hij het ontwerp af. Na enige tijd wordt een nieuw affiche getoond: een afbeelding van een leeg kruis met daaronder de tekst: Jezus is van het kruis gepleurd, met spijkers van Van Leeuwen was dat niet gebeurd". Van Leeuwen moet toegeven dat de tekst dit keer beter loopt maar hij kan de blasfemie niet verdragen. Opnieuw buigt het bureau zich over de zaak en komt met een ander ontwerp: een affiche met alleen de volgende tekst: "Bij Van Leeuwen zijn het grote zeikers, maar ze maken beste spijkers".

 

 

Autokatalyse is een zichzelf voortstuwend reactieproces. Vermoed wordt dat het een essentieel proces was bij het ontstaan van leven uit niet-leven (abiogenese).
Adhesie en cohesie worden veroorzaakt door zwakke elektromagnetische krachten tussen moleculen (vanderwaalskrachten). Op het niveau van knikkers spelen die krachten geen rol.
Het reductionisme is de lineair-analytische opvatting waarmee alles herleid zou kunnen worden tot de meest fundamentele bouwstenen en krachten. Teleologie is de filosofische leer die veronderstelt dat fenomenen doelgericht zijn (de oorzaak ligt in de toekomst).
De bedoelde filosofen  zijn Thales (water), Anaximenes (lucht), Xenophanes (aarde) en Heraclitus (vuur).
Volgens de endosymbiontentheorie zijn ééncelligen ontstaan uit kolonies van verschillende soorten bacteriën.

 

Karl Ludwig von Bertalanffy was een Oostenrijkse bioloog die bekend is geworden als grondlegger van de algemene systeemtheorie waarmee het mogelijk werd om begrippen en modellen uit verschillende wetenschappelijke disciplines te verenigen.
Stigmergie is een vorm van zelforganisatie, waarschijnlijk het sterkst aanwezig in de complexe adaptieve systemen (CAS) die uiteenlopende onderzoekers van het Santa Fe Instituut (New Mexico) al jaren onderzoeken.
Zie bv. Leestekens en hoofdletters van Aat Vervoorn, Spectrum, 1981.
Gebleken is dat bij sociale primaten de groepsgrootte is gecorreleerd met de omvang van de hersenschors.
Om welke God het hier gaat blijft onbesproken. De Heilige Drie-eenheid, JHWH, Allah, Brahma,  hedendaagse wereldgodsdiensten hanteren verschillende namen. Alleen de moslims erkennen maar één God; wie geen Islamiet is, is een ongelovige.
  

 

Een heerlijk voorbeeld van calvinistische burgertrots is de mop over de spijkers van Van Leeuwen:
De ijzerhandel Van Leeuwen wil promotie maken voor hun spijkers en neemt een reclamebureau in de arm. Na korte tijd presenteert het bureau een affiche: een afbeelding van Jezus aan het kruis met daaronder de tekst: "Jezus hangt hier al eeuwen, dankzij de spijkers van Van Leeuwen". De heer Van Leeuwen is geschokt maar laat zich niet kennen. Met een opmerking over de slecht lopende tekst wijst hij het ontwerp af. Na enige tijd wordt een nieuw affiche getoond: een afbeelding van een leeg kruis met daaronder de tekst: Jezus is van het kruis gepleurd, met spijkers van Van Leeuwen was dat niet gebeurd". Van Leeuwen moet toegeven dat de tekst dit keer beter loopt maar hij kan de blasfemie niet verdragen. Opnieuw buigt het bureau zich over de zaak en komt met een ander ontwerp: een affiche met alleen de volgende tekst: "Bij Van Leeuwen zijn het grote zeikers, maar ze maken beste spijkers".

 

 

 

 

HET EMERGENTE UNIVERSUM: EEN RECONSTRUCTIE
Gad nee, poëzie…! Zei ze op een dag1

 

 

Op 14 april van het revolutiejaar 1968 besluit de artistieke kern van progressieve intellectuelen in Amsterdam om gezamenlijk een kunstgedrocht te construeren dat laat zien hoe de vrije geest wordt verkracht door de gevestigde orde. Drie maanden later neemt het Holland Festival dit thema in de vorm van een moderne opera op in het programma van 1969, wat resulteert in de unieke uitvoering van Reconstructie, een moraliteit. Dat de opera daarna nooit meer is opgevoerd, wijst erop dat dezelfde revolutie maar één keer plaatsvindt.

   Een halve eeuw later wordt de dreigende inperking van individuele vrijheid door het maatschappelijk bestel erkend (privacywetgeving) en tegelijkertijd laten individuen zich vrijelijk opslokken door het wereldwijde netwerk van de sociale media. Het verzet tegen de gevreesde betutteling is omgeslagen in een soort achteloze verontwaardiging. De heersende moraal belemmert zowel de afzijdigheid van een eenling als het tribalisme van een club.

   Halverwege het derde millennium bestaat de mensheid bij gratie van de volledig geïntegreerde elektronische intelligentie en robotica. Geheel in lijn met de grote evolutionaire transities vormt Homo sapiens de opstap naar de nieuwe orde, Cyberium. Zoals eencelligen bestaan dankzij bacteriën en mensen bestaan dankzij cellen, zo bestaat Cyberium dankzij de mens. Cyberium staat voor de wereldwijde symbiose tussen mens en machine en heeft een eigen, planetaire identiteit. Het onderhoudt zich met andere cyberia in een onderbewust streven naar galactische eenheid, de volgende sport van de emergente ladder.

 

 

Zijn eerste droom van de zoete fee heeft hem nooit verlaten. De extase was zo overweldigend dat de kleine Huby Moontrap overeind schoot uit een zinnenprikkelend schimmenspel en zeker wist:

   Ik ben het centrum van de wereld!

   Het is een andere manier van zeggen dat God overbodig is. Hij besloot dat de waarheid slechts een kwestie is van woorden.

 

  

Als het emergente universum poëzie was, heette dit misschien de ondersteboven berg. De punt omlaag, het primordiale begin. De voet onzichtbaar, gehuld in oogverblindende nevels. Wij halverwege, op weg naar de toekomst.

Maar dit is geen poëzie, dit is de prozaïsche neerslag van een culturele beleving. Daarin is natuurlijk wel plaats voor gedichtjes, zoals ook kinderspel beslissend is voor een plezierige terugblik op je leven.

 

Het kriebelt soms, de rommel

om mij heen roept: ruim mij op!

dat stof afnemen is niet stom. Losse

eindjes, heen en terug staan-

de stapels, afgebroken

sterrenstof twee drie vier

voetjes in de lucht*

Waarom deze rijmelarij? Ach, je wilt het toch aan iemand kwijt?! Volgens sommige grappenmakers omdat het leven anders helemaal zinloos is. Voor de ware liefhebber is er altijd nog Leegte Lacht van Tonnus Oosterhoff, Bezige Bij, 2011.

 

Alles is in evenwicht, zelfs al staat het uit het lood. Een rondtollende gyroscoop staat op zijn punt als een ondersteboven berg (precies, net een draaikont). Hij valt pas om (door de zwaartekracht) als het tollen trager wordt. De rondtollende gyroscoop draait altijd om zijn as. In de natuur wordt de richting van de as gestabiliseerd door de draaibeweging. Dat is een natuurlijke wetmatigheid. Hoe sneller de draaibeweging, hoe groter de stabiliteit.

   Met andere woorden, hoe langzamer de tol draait, des te eerder valt hij om.

   Een andere natuurlijke wetmatigheid die je minder makkelijk herkent, is, dat bij het groter worden van een voorwerp (groei) de inhoud sterker toeneemt dan het oppervlak. Wiskundig gesproken: de inhoud neemt toe met de derde macht (p3), het oppervlak slechts met het kwadraat (p2).

   Zulke onvermijdelijke wetmatigheden zijn van onmiskenbare betekenis voor ons bestaan.

 

 

In weerwil van zijn poëtische ambities gaat Huby geofysica studeren (een appartement in Oman of een hostel in Jaipur?). De wereld van beweging fascineert hem evenzeer als de Parnassus.

   Zijn eerste opdracht bij El Instituto draaide om de vraag waarom men liever fantaseert dan redeneert. Of was dat soms niet waar?

 

Zolang mensen of hun dierbaren worden geveld door onbegrijpelijke ziektes, zolang machtswellustige medemensen hen onderdrukken en uitbuiten, zolang zij door willekeurig natuurgeweld worden bedreigd en zolang ellende een kalm en tevreden bestaan belemmert, zolang zal men troost zoeken in een willekeurige uitleg en zich tevreden stellen met getuigenissen, ook al zijn deze irrationeel van aard. De diepste behoefte van de volgroeide mens blijkt zingeving te zijn: een duiding dat het lijden niet voor niets was.

   Steeds meer fenomenen zijn in de loop van de tijd verklaard. Dat wil zeggen dat er een wetenschappelijke uitleg aan is gegeven. Dat heeft ons begrip van de wereld (kennis) en onze greep op de wereld (technologie) sterk verbeterd. Niettemin houdt men angstvallig vast aan het verlangen naar zingeving. Het WAARDOOR en WAARVOOR mag dan duidelijk zijn, we blijven zitten met de vraag WAAROM?

Waarom de wereld onbegrijpelijk is (kwantummechanica), waarom de wereld triest is (leed) of waarom de wereld schoon is en ordelijk (symmetrie), het zijn zinloze vragen . Iedereen mag zelf een antwoord verzinnen en er verder het zwijgen toe doen. 

 

Volgens de mathematische modellen van astrofysici was het uitdijende heelal ooit veel kleiner dan nu en bestond de materie vrijwel uitsluitend uit vrij bewegende waterstofatomen. Door hun onderlinge liefde klitten ze samen en vormden ze de eerste sterren. Soms was die affiniteit zo groot dat de sterren explodeerden en tot stof werden teruggebracht. Uit dit sterrenstof werden de planeten geboren, waaronder ook de aarde. 

   Het is niet bekend of het leven op aarde is ontstaan of elders maar het moet ooit zijn begonnen in de vorm van complexe moleculen die ook uit sterrenstof zijn voortgekomen. Sinds er leven is op aarde bestond dit voor lange duur uitsluitend uit bacteriën. Ook onder deze onbeduidende wezentjes bestond voldoende wederzijdse sympathie om na verloop van (lange) tijd een innig samenwerkingsverband aan te gaan. Die maatschap ging tenslotte een eigen leven leiden als eencellig organisme. Als dat niet gebeurd was zouden er nooit meercellige wezens zijn gekomen, laat staan gewervelde dieren en, uiteindelijk, mensen.

Tijdens de geschiedenis van de mensheid is het gelukt om niet-organische objecten (machines) voort te brengen die uiteindelijk geleid hebben tot buitenaardse uitstapjes. De symbiose tussen mens en machine heeft een wereldwijd netwerk van intense samenwerking voortgebracht. Een associatie waaraan menselijke individuen vrijelijk een bijdrage konden leveren of zich van konden distantiëren. Maar wel een associatie met een eigen identiteit en een wil tot overleven. Opzettelijke sabotage werd als vanzelf bestreden maar niemand werd gedwongen mee te werken om de planetaire identiteit in stand te houden. Daarvoor waren de niet-organische voortbrengselen van de mens te krachtig geprogrammeerd en bood het te weinig draagvlak voor principieel scepticisme. Dystopische toekomstverwachtingen van weleer bleken ongegrond, kunstmatige intelligentie en robotica hadden het evolutionaire stokje van de mensheid overgenomen en dat was helemaal niet eng.

 

Al snel werd duidelijk dat Huby’s preoccupatie met Heraclites’  Panta rhei ook de amfora van Dionysos omvatte. Daar brachten de dagboekaantekeningen van Hasan Pacha maar weinig verandering in. Huby's vondsten in het Kompas voor onderweg hadden weliswaar zijn vermoedens omtrent de toekomst bevestigd, ze hadden hem ook dorstiger gemaakt. En zijn mathematische argwaan aangewakkerd.

 

 

De waarde van wiskunde om waarnemingen te specificeren en om logisch te kunnen redeneren, werd door de Franciscaan Roger Bacon in de 13e eeuw al onderwezen. De meeste mensen haten wiskundige formules, maar één kennen ze allemaal: E = mc2. Dat is immers God.

   Sommigen weten dat de formule betekent dat energie en massa in elkaar kunnen overgaan. De uitgebreide wiskundige deductie die Einstein hanteerde in zijn relativiteitstheorie wordt zelden gepresenteerd maar de voorlaatste stap wil ik je niet onthouden:

 

E2 = c2p2 + c4m2

 

Daarbij kan de impuls p onder omstandigheden gelijk worden gesteld aan 0 zodat

 

E2 = m2c4

 

Iedere middelbare scholier weet dat deze vergelijking twee oplossingen heeft:

 

E = mc2 en E = -mc2

 

Door de negatieve energie wordt de richting van de tijd omgekeerd en dat is absurd. Om zo'n ongerijmdheid uit de wereld te helpen, hebben geleerde koppen antimaterie geïntroduceerd. Deze bestaat uit zogenaamde tegen-deeltjes met negatieve energie die zich met een grotere snelheid dan het licht in tegenovergestelde richting bewegen van de 'gewone' deeltjes (vanuit de toekomst naar het verleden; supercausaliteit). 

   De overeenkomst tussen energie en massa riep het beeld op van een symmetrisch universum, ook met betrekking tot de tijd. Dit opende de deur naar de wonderlijk wereld van de kwantummechanica.

   Er wordt wel beweerd dat kwantummechanica en oosterse filosofie veel op elkaar lijken, maar dan gaat men eraan voorbij dat kwantummechanica is gebaseerd op wiskundige modellen en oosterse filosofie op meditatie en mooie verhalen*.

 

 

Toen telefoons nog een draaischijf hadden, de schaamluis nog welig tierde en God werd gevreesd, herontdekte AIO Huby Moontrap de waarde van het woord. De verhalen die hij hoorde, kranten die hij las, studieboeken die hij bestudeerde en discussies die hij voerde, films die hij zag en tijdschriften die hij doorbladerde, hun gemeenschappelijke boodschap was telkens weer dat alles, maar dan ook alles, in tegenovergestelde richting bewoog. Meningen stonden lijnrecht tegenover elkaar. De droom van de één was de werkelijkheid van de ander. De leugen zus, de waarheid zó. De opvatting die het uiteindelijk won was steeds de opvatting die het best geformuleerd was.

   De welgebektste mening moest wel waar zijn.

 

 

 

Dat wiskunde ook maar een taal is, met soms nietszeggende woorden, blijkt uit de identiteit van Euler, door sommigen wel de mooiste wiskundige formule genoemd: 

 

eip + 1 = 0

 

Maar wat hier staat* heeft geen enkele betekenis. Het is slechts het resultaat van vernuftig gesleutel. Het is net zo nietszeggend als het Opperlandse woordpalindroom:

 

Wel, het is slechts iets, maar iets slechts is het wel1

 

Autistische humor. Verbazingwekkend, maar nietszeggend. De savant die je wil laten weten dat er achter de werkelijkheid een hogere / diepere waarheid schuilgaat, kletst uit zijn nek. De dingen zijn niet altijd wat ze lijken, maar de bedrieger ben je zelf.

 

 

Op zijn speurtocht naar een antwoord op de vraag der vragen (unificatie of grote synthese) vindt Moontrap opmerkelijke analogieën tussen kwantumelektrodynamica en menselijk gedrag. Feynmandiagrammen voor de analyse van sociale structuren? Schrödingervergelijkingen om individueel gedrag te beschrijven? Gravitatie als genegenheid. Supersymmetrie als troost.

 

 

De geschiedschrijving laat zien dat geen enkele gebeurtenis op zichzelf staat maar altijd onderdeel is van een historische ontwikkeling. Er zijn vele aanleidingen voor elke gebeurtenis zonder welke deze niet zou hebben plaatsgevonden. En evenzo vormt elke gebeurtenis samen met vele andere de aanleiding voor nieuwe gebeurtenissen. Niets staat op zichzelf. Bovendien zijn de meeste gebeurtenissen het gevolg van onbeduidendheden net zoals ze zelf te onbeduidend lijken om in de geschiedschrijving vermeld te worden. Toch is elke wel vermeldenswaardige gebeurtenis mede het gevolg van dergelijke futiliteiten en zelf de oorzaak van menig bagatel. 

   De geschiedschrijving wordt van oudsher opgedragen door de gevestigde machthebbers, die spelen dan ook altijd de hoofdrol. Daarbij wordt meestal voorbijgegaan aan de talrijke miezerige, onverschillige en nietszeggende onderdanen zonder wie er helemaal geen machthebbers zouden zijn. Over wie zouden zij anders moeten heersen? Over aanzienlijke, voorname en betrokken medeburgers? Dat zijn toch gevestigde machthebbers, op een kleinere schaal? Nee, het falderappes en schorremorrie mag als groep interessant zijn en individueel in schelmenromans figureren, de loop van de geschiedenis wordt er niet aan toegeschreven. Onterecht, want, zoals gezegd, over wie valt er anders te regeren?

Ook in de geschiedenis van de mens zijn er gebeurtenissen zonder welke andere gebeurtenissen nooit zouden hebben plaatsgevonden. Vooruitgang noemt men dat. Maar het zijn geen emergenties. Daarvoor is de tijdschaal veel te kort. Voorbeelden zijn het ontstaan van landbouw of de ontdekking van elektriciteit. Die hebben revolutionaire gevolgen gehad maar dat heeft de mensheid nog niet wezenlijk veranderd. Daarvoor is het nog te vroeg.

En dan is er nog de middelmaat, de massa. Een beetje zus, een beetje zo. Wie wil daar nog meer over vernemen? Het mag de hoofdmoot vormen van ons dagelijks bestaan, we willen er niet te veel aan worden herinnerd. Verreweg de meesten van ons gedragen zich volgens het kleurloze gemiddelde en dragen zo, hoe gering ook, bij aan de loop van de geschiedenis. Iedereen heeft een verhaal. We spelen allemaal een rol. Het duurt wellicht wat langer maar uiteindelijk is ieders invloed onmiskenbaar.

 

Duidelijk is dat wij een sterke hang hebben naar symmetrie, in de meest ruime zin. Dat appelleert aan onze esthetische voorkeur maar kan evengoed misleidend zijn. We horen een muziekstuk graag eindigen in dezelfde toonsoort als waarmee het begon, maar we laten ons ook graag verrassen. Een open einde vinden we onbevredigend. Wat eindeloos is, mag eigenlijk geen begin hebben.

   Onze voorkeur voor symmetrie is ook terug te vinden in de analogieën. In de filmindustrie wordt – onder andere uit kostenoverweging – dankbaar gebruik gemaakt van hulpmiddelen om voorstellingen op een afwijkende schaal te vertonen: gigantische bouwwerken die onder normale omstandigheden zouden instorten (volgens de hierboven genoemde wetmatigheid dat volume (= massa) sterker toeneemt dan oppervlak) of minuscule duikbootjes die varen door bloedvaten en zich voortbewegen als een potvis in de Pacific (zelfde materialen ondervinden op verschillende schaal andere krachten/viscositeit; kan worden gecorrigeerd met het getal van Reynolds). Toch laten we ons graag bedriegen.

   De dingen zijn niet altijd wat ze lijken.

 

 

Toen het Echte Universum werd geschreven, was daar niemand bij. Behalve, volgens sommigen, onze-lieveheer, die zich niets aantrok van de opborrelende pop-ups in Zijn schepping: brokstukken stof&as vormden een baarmoeder van brokstukken stof&as vormden een verlangen naar brokstukken stof&as vormden inzicht in … De Grote Goocheltruck.

   Huby Moontrap weet zeker dat de spontane oprispingen niets te maken hebben met een goddelijk wezen. Ze zijn daarentegen een typische eigenschap van de werkelijkheid, vanzelfsprekend en tegelijk onbegrijpelijk. Deze misleidende illusie heeft mensen aangezet tot het bedenken van poëtische verdichtsels en vangnetten.

   Volgens onafhankelijk onderzoeker Moontrap is aarzeling over universele causaliteit of waardering voor allegorieën en alliteratie niet verwerpelijker dan het geloof in Creatie. Tegenover de gedachte dat een gebeurtenis (iets) kan ontstaan uit de afwezigheid van die gebeurtenis (niets) verkondigde hij in Recursieve Reconstructies, de eindeloos herhaalde ontstaansgeschiedenis van het heelal. Wat zijn geloofwaardigheid in geofysische kring ondermijnde, werd bij El Instituto juist geprezen. Daar kreeg de ‘dwarse wetenschapper’ alle vrijheid om zijn tegendraadse gedachtegang tot in de lengte der dagen voort te zetten.   

 

In het Emergente Universum wordt onze geschiedenis voorgesteld als een caleidoscopische kralenketting waarvan elke kraal kan worden opgevat als een individu of gebeurtenis.  Al zijn de afzonderlijke kralen nog zo complex, in hun eentje kunnen ze nooit een ketting vormen. Wel kan elk los bolletje weer worden beschouwd als een kluwen van ingewikkelde onderdelen terwijl de ketting op haar beurt weer deel uitmaakt van een groter geheel. Deze trapsgewijze weergave van de werkelijkheid is geënt op de fractale patronen in Recursieve Reconstructies en vormt het hoofdmotief van het Emergente Universum.

   Er wordt wel beweerd dat de menselijke maat zich precies halverwege het schalenspectrum bevindt.* Aan de ene zijde de steeds verder krimpende microkosmos en aan de andere kant de oneindige uitgestrektheid van het heelal. Astrofysici zijn het eens over de toenemende snelheid waarmee de ruimte uitdijt (zonder tijdslimiet) en snaartheoretici beweren dat supersnaren  vele malen kleiner zijn dan de kleinste bekende deeltjes; zodat terecht de vraag gesteld kan worden: waar ligt het midden van oneindig? Het beeld dat zich aandient, is dat van een digitale Mandelbrotverzameling waarop eindeloos kan worden ingezoomd: het Emergente Universum.

   Het Emergente Universum  is een raamwerk, een platform, een stellage van de werkelijkheid.

  Een huis heeft vele kamers. In elk huis wonen andere mensen. Er zijn geen twee huizen gelijk. Maar al die huizen zijn ooit in de steigers gezet. De steigers zijn universeel, functioneel. Wie wil genieten van een goed boek, een verdiepende gedichtenbundel, een spannende thriller of een eclectische karakterschets, doet er goed aan zich eerst te verdiepen in het geraamte van de realiteit, het Emergente Universum.

   Het gegoochel met getallen is ontsproten aan het menselijk brein. Dat garandeert geenszins de universele geldigheid van wiskunde. Dat een symfonie ons kan ontroeren, wil niet zeggen dat andere wezens door datzelfde muziekstuk worden bewogen. De God die alle volkeren op aarde aanbidden als de schepper van het universum hoeft niet dezelfde God te zijn van buitenaardse wezens. En ook de meewarige glimlach van de zelfingenomen atheïst zal verstarren op zijn/haar pad door het Emergente Universum.

 

 

Glitter en glans hebben nooit grip op hem gehad. De zoete fee verschijnt nog altijd in zijn dromen.

   Vanuit het midden omarmt Huby Moontrap de wereld. De hele inhoud gaat hem wat te ver, die is veel te groot, maar een aantal hotspots in het mozaïek zijn wellicht voldoende om de kern te vinden.

   Waar het om draait, aldus hoogleraar Moontrap, is de omhelzing met het al. De zin van het bestaan is de omhelzing van het zelf met het bestaan zelf. Het is maar net wat de woorden je zeggen.

  

 

Aanbevolen Nederlandstalige literatuur

George van Hal. Elastisch universum. Fontaine Uitgevers, 2016

Jacob Klapwijk. Heeft de evolutie een doel? Kok, 2009

Jos Koekkoek. Begrepen! Brave New Books, 2016

en het portret van de moderne samenleving 'Back to Utopia': tps://www.human.nl/2doc/2017/back-to-utopia.html

 

  

Een palindroom of keerwoord is een woord dat er van voor naar achteren gelezen hetzelfde uitziet als andersom. Een panlindroomzin is opgebouwd uit meerder palindromen en levert zowel vooruit als achteruit gelezen hetzelfde resultaat op. De palindroomzin in de titel is afkomstig uit de Opperlandse Taal- & Letterkunde van Hugo Brandt Cortsius, Querido, 1981.
 
In de eerste helft van de 20e eeuw werd door aanhangers van de relativistische kwantummechanica de antimaterie geïntroduceerd (bv positron door Paul Dirac). Later werd door andere fysici getracht de tijdsymmetrie te herstellen door het afleiden van retrocausaliteit (John Wheeler & Richard Feynman). Het concept werd afgewezen omdat het in strijd is met onze beleving van de voortgang van de tijd (syntropie versus entropie). In de psychologie en esoterie wordt nog wel vastgehouden aan de symmetrie van de tijd. Daarover is alleen Engelstalige literatuur, bv The Law of Syntropy van U. di Corpo & A. Vannini, Kindel/Amazon, 2011. Zie ook: http://www.syntropy.org/
 
De antimateriedeeltjes of tachyonen hebben altijd een snelheid groter dan die van het licht en spelen een rol in de snaartheorie. Sinds de 2e helft van de 20e eeuw spelen ze een belangrijke rol in tal van esoterische therapieën. Hierover is ruimschoots informatie te vinden op onderstaande Nederlandstalige sites http://www.tachyon-aanbieding.eu/Documentation/Tachyon%20Praktijk.pdf of http://www.tachyonenergie.be.
 
Voor alle duidelijkheid: e staat voor het grondtal van de natuurlijke logaritme ( = (1 + 1/n)n waarbij n nadert tot oneindig; e = 2,7182818…), i staat voor het imaginaire getal (-1)1/2 dat gebruikt kan worden om betekenis te geven aan negatieve getallen (in de fysica wel gebruikt om een tegengestelde lading of richting aan te duiden) en p staat voor de verhouding tussen de omtrek en de diameter van een cirkel (p = 3,1415926…).
 
Het Reynoldsgetal wordt onder meer gebruikt om de doorstroming van vloeistoffen door buizen te berekenen: Re = r.v.D /waarbij r staat voor de dichtheid, v staat voor de stroomsnelheid, staat voor de diameter van de buis en m staat voor de viscositeit (stroperigheid) van de vloeistof. Schaalvergroting wordt bij filmtrucages succesvol gecompenseerd door vertraging van de snelheid; bij schaalverkleining is er geen compensatie nodig omdat de meeste mensen toch niet weten dat water in een heel nauw buisje zich als een stroperige vloeistof gedraagt. Een hilarische film waarin sprake is van schaalverkleining is Innerspace van Joe Dante (1987) (https://www.youtube.com/watch?v=HLAbTbGQcr8)
Dit is verwant aan het antropisch principe: het universum dat wij waarnemen is het universum dat ons heeft voortgebracht; in elk ander universum zouden wij niet kunnen bestaan. De verschillende natuurconstanten hebben hun specifieke waarde omdat alleen bij die waarden ons universum, wij dus, kunnen bestaan. 

Gerelateerde Nederlandstalige literatuur: Paul Davies. Perfect Universum. Spectrum, 2007

Toen Benoit Mandelbrot gevraagd werd om zo precies mogelijk aan te geven hoe lang de Engelse kustlijn is, was er maar één antwoord mogelijk: oneindig lang. Immers, naarmate er gedetailleerder gemeten wordt, neemt de totale lengte toe (kustlijnparadox). Dat is het gevolg van de fractaalachtige eigenschap van kustlijnen. Het meten van lengtes is gebaseerd op rechte lijnstukken, maar natuurlijke grensvlakken zijn altijd gebogen (fractaal). Hoe kleiner de gebruikte lijnstukken, hoe preciezer de benadering. Door met oneindig kleine lijnstukken te werken kan de exacte waarde gevonden worden. Zie ook http://www.youtube.com/watch?v=G_GBwuYuOOs.

 

Recursief betekent 'zichzelf herhalend'. Een proces is recursief als één van de stappen waaruit het proces bestaat vraagt om herhaling van het volledige proces. En steeds opnieuw want binnen een recursief proces herhaalt dat proces zich telkens weer. In principe komt er nooit een einde aan een recursief proces. Recursieve constructies kunnen worden gevisualiseerd. Denk bijvoorbeeld aan Eschers voorstellingen van de zichzelf voedende waterval en de alsmaar via afdalende trappen in een kringetje rondlopende en op dezelfde plaats terugkerende monniken. Een ander voorbeeld is het Droste-effect, een visueel effect waarbij een afbeelding een verkleinde versie van zichzelf bevat. Zo'n momentopname levert de concrete constructie van het voortgaande recursieve proces.Baboesjka's, de elkaar omsluitende Russische poppetjes zijn een ander voorbeeld van zo'n constructie. Als deze recursieve reeks poppetjes zich eindeloos zou voortzetten zouden er snel poppetjes zijn die door hun geringe afmeting niet meer zichtbaar zijn. Douglas Hofstadter geeft in Gödel, Escher, Bach (Olympus, 2018) ook voorbeelden van recursie in de muziek en informatica. In de wiskunde wordt gebruik gemaakt van recursieve functies in de vorm van differentievergelijkingen.

Zie ook:https://nl.wikipedia.org/wiki/Recursie

Kleine oorzaken hebben soms grote gevolgen (chaostheorie) en grote zaken kunnen zonder het kleine helemaal niet ontstaan (emergentietheorie). Volgens die laatste opvatting is onze wereld ooit begonnen in een primordiaal beginpunt en heeft zich laag voor laag verder ontwikkeld. De eerste lagen zijn bekend als de hypothetische ontwikkelingsfasen van het uitdijende heelal (inflatie, afkoeling en samenklontering in een fractie van een seconde), het ontstaan van de lichte atomen na een paar honderdduizend jaar, stervorming en hun vernietiging waardoor het ontstaan grote moleculen, planeetvorming, ontstaan van leven, eerst fragmentarisch en microbieel, later meercellig inclusief afweer, daarna staten- en netwerkvorming. Al die lagen zijn emergente verschijningen, bestaan bij gratie van de onderliggende 'eenvoudiger’ lage waaruit ze zijn opgebouwd. Het geheel vormt een kleine 14 miljard jaar oud bouwwerk dat langs een verticale tijd-as als een ondersteboven berg kan worden voorgesteld. 
                                                                                                                                   
 

 

 

 

 

Hier begint het. In de navel van Europa. Op het dorpsplein dat inmiddels is verdwenen werden in 1810 nog Napolitaanse volksliedjes gezongen. Ooit heeft een jonge geitenhoeder hier afscheid genomen van zijn moeder, om later op de slavenmarkt van Djerba te worden verkocht aan Barbarijse zeerovers. In 1707 werden de katholieke bewoners onthaald op de occulte profetieën van rondtrekkende Camisards. Tevergeefs, de vonk sloeg niet over. De profetieën van vóór het Christendom hadden de gemeenschap meer bekoord.

   De omgeving is bezaaid met rotsblokken vol persoonlijke inscripties uit vroeger tijden, als een lithografisch equivalent van Facebook. Het duidt erop dat dit een druk bezochte plek geweest is. Als je om je heen kijkt, zie je niets van de imposante bouwwerken van weleer maar met behulp van drones en remote sensing kun je de uitgestrekte  fundamenten zichtbaar maken. Hier lag ooit een welvarende stad.

   Uit alle hoeken van de wereld stroomden mensen hier naartoe. Toen, net als nu. Het sjamanistisch heiligdom van deze ‘bedevaartplaats’ wordt nog gemarkeerd door de onthoofde slangenzuil, de opgerichte navelstreng. Vanaf haar zetel op de driepoot die gevormd werd door de drie reptielenkoppen maande het enige ware orakel ooit tot zelfbezinning en relativiteit. Haar uitspraken staan in de rotswanden gegrift. In Delphi.

 

 

Het Cyberium is de verzameling van toekomstige planetaire voortbrengselen die een nieuwe, emergente bestaansvorm vertegenwoordigt in onze melkweg (kolonisatie op grotere schaal ligt te ver in het verschiet). Dit galactisch stelsel omvat al een paar honderd miljard sterren en op statische gronden wordt het aantal planeten op honderd miljard geschat. Vele daarvan beschikken vermoedelijk over voldoende condities om via abiotische weg organische levensvormen voort te brengen (al weten we nog steeds niet hoe dat precies in zijn werk gaat). Na verloop van tijd (op aarde heeft het enkele miljarden jaren geduurd) verschijnen op die planeten voldoende intelligente levensvormen om bestaansvormen te creëren die niet langer aan de planeet gebonden zijn. Op aarde is dat begonnen met eenvoudige ruimterobots. Immuun voor koude, straling en verwering kunnen ze vele malen langer bestaan dan organismen. Hun ontwikkeling, door de mens in gang gezet en vervolgens door hen zelf ter hand genomen, wordt uitgebouwd tot onvoorstelbare proporties, waar de mens geen enkele vat op heeft maar ook geen angst voor hoeft te hebben. Daar zijn wij te onbeduidend voor. Wij kunnen ons beter zorgen maken over onze thuisplaneet en wellicht kunnen Cyberia ons daarbij een handje helpen.
 

In de catacomben van El Instituto para la promoción de la dignidad humana a través de la intelectuel y moral, kortweg El Instituto, bevindt zich het archief van de archeonauten, de tijdreizigers. Het archief, ook wel het Kompas voor onderweg genoemd, bevat gedetailleerde beschrijvingen van plaatsen en gebeurtenissen in het verleden en minder nauwkeurige notities over de dingen die in het verschiet liggen. Het aantal toekomstzoekers is nu eenmaal een stuk lager dan de enorme hoeveelheid geschiedschrijvers. Chroniqueurs van het verleden worden bovendien een stuk betrouwbaarder geacht omdat hun bevindingen eenvoudiger te controleren zijn. Toch worden ook de kronieken van het verschiet er zorgvuldig gekoesterd, als bakens in de tijd die de loop der gebeurtenissen langs de juiste banen kunnen leiden.
   Altijd al zijn er lieden geweest die aan de hand van zelfbenoemde tekens of onbenoemde inzichten dergelijke bakens hebben geïnstalleerd en vrijwel niemand blijft ongevoelig voor hun boodschap. De openbaringen van religieuze Heilsprofeten overtuigen nog steeds honderden miljoenen gelovigen. Anderen zijn in de ban van de paragnosie en stellen een groot vertrouwen in de pronostiek van Nostradamus, Baba Vanga en Mother Shipton. De meeste namen zijn vergeten maar sommige blijven in de herinnering. Zoals van de Trojaanse Cassandra en van de clairaudiënte Jeanne d’Arc. Alleen adepten zijn bekend met de vermeende gaven van de Ziener van Brahan, Madame Lenormand, Mühlhiasl, Cheiro, J.W. Dunne, Malachias of Stefan Ossowiecki, om er een paar te noemen.

Een speciale plaats wordt ingenomen door Hasan Pacha: van zijn bestaan is slechts een handjevol ingewijden op de hoogte.
   Werkzaam op het Indian Institute of Technology in Delhi heeft Hasan Pacha aan het eind van de vorige eeuw enkele fenomenale doorbraken bewerkstelligd die nauwlettend geheim werden gehouden. Door zijn spraakgebrek vrijgesteld van onderwijstaken, heeft de briljante onderzoeker al zijn aandacht kunnen wijden aan ongekende nanofarmacologische innovaties die potenties verlenen om buiten de eigen tijd te treden. Uitdrukkelijk tegen de wens van zijn werkgever heeft de eigenzinnige Pacha zichzelf gebruikt als proefkonijn en is daarbij verslingerd geraakt aan historische uitstapjes. Hij is, zogezegd, een TTA (Time Traveling Addict) en in deze hoedanigheid heeft hij interessante verslagen geleverd.
    Sindsdien is het Kompas voor onderweg aanzienlijk uitgebreid. Onduidelijkheden zijn opgehelderd, hiaten van een invulling voorzien, ongeloofwaardigheden alsnog bevestigd of definitief uit de wereld geholpen en compleet nieuwe perspectieven toegevoegd. Dreigend ruimtegebrek is aanleiding geweest voor het Oudheidkundig Genootschap om een subsidieaanvraag in te dienen. Die zeker zal worden afgewezen omdat de aanleiding niet ontvankelijk zal worden verklaard, omdat deze als volslagen ongeloofwaardig in de prullenbak zal verdwijnen.
   De bemoeienis van Hasan Pacha met historische momenten heeft, dankzij zijn uiterst zorgvuldig optreden, geen invloed van betekenis op de loop der gebeurtenissen gehad. Niettemin heeft hij het steeds vertikt om zich uitsluitend als bescheiden toeschouwer op te stellen. Geregeld treedt hij daadwerkelijk in contact met bestaande mensen van wie we zonder zijn inmenging wellicht nooit hadden gehoord. Zo bestaat het vermoeden dat eerder genoemde verkondigers van een toekomstig gebeuren door hem van informatie zijn voorzien. Er is geen enkel bewijs voor dergelijke speculaties maar enkele archiefstukken suggereren zijn onbedwingbare zucht om de dingen naar zijn hand te zetten.
   Enkele geschriften die afkomstig zijn uit het San Francisco klooster in Lima gewagen van een dolende frater – onmiskenbaar Hasan Pacha – met een atheïstische boodschap.
   Uit de erven Flint is een dagboek afkomstig waarin de oprichter van IBM een beschrijving geeft van zijn inspiratiebron: een speeldoos die hij van een vriendin cadeau gekregen had. Die het op haar beurt zou hebben gekregen van een spookverschijning met een spraakgebrek. De bijgevoegde tekening laat evenwel zien dat het ging om een muziekautomaat die toen nog niet op de markt was.
Tenslotte is er een middeleeuws reisverslag van de handelskoerier Salah Marouni. Op één van zijn missies in de Bourgondische Nederlanden had hij een assistent die hem hondertuit an sein kop hat geseurt over een ‘witte engel’. Deze was herhaaldelijk aan hem verschenen, had hem in een brabbeltaaltje de wonderlijkste dingen verteld en ideeën ingefluisterd waarvan de artistieke jongeman in zijn schetsboek een tekening had gemaakt. Onder andere van een karretje waarop men zich zonder rijdier kon voortbewegen.
   Helaas ligt het schetsboek niet in het archief. Gevreesd wordt dat het is verloren gegaan.